Ben jij yin of yang op het werk?
Hoe bouwen we aan een futureproof bedrijf? Dat is de vraag die gesteld wordt op het event Imagining the Organisation of the Future, dat onlangs aan zijn tweede editie toe was. Eén manier is zoeken naar een nieuw evenwicht tussen yin- en yangkrachten, zeggen James Bampfield van Quinx en Krist Pauwels van Choco, de twee bureaus die het event organiseren. En dat begint in jezelf. Check.
Tekst: Anne Wislez – Beeld: Shutterstock
‘In onze cultuur draait alles om cijfers, groei en winst. De overdruk wordt dan zo uitgesproken dat mensen een burn-out krijgen. Ze zoeken betekenis. Dat gebeurt niet zomaar, het is een voorbeeld van herstel van de balans.’ – Krist Pauwels van Choco, medeorganisator van OOTF
Hoe blijf je als bedrijf mee in deze veranderende tijden? In welke werkomgeving is het goed toeven? Wat zoeken jonge mensen in het bedrijf van de toekomst? Het zijn interessante vragen waarrond enkele leidinggevende mensen uit de bedrijfswereld – zoals Wouter Torfs, Frans Colruyt, Joost Callens of Toon Bossuyt – zich verzamelen, op zoek naar antwoorden. ‘Organisaties zijn van oudsher gericht op winst, groei en hiërarchie, met de focus op bevel en controle, op cijfers en expansie’, lezen we in de folder van hun laatste happening van The Organisation of the Future, waarop bijna vierhonderd nieuwsgierige mensen – en wij – zich enkele weken geleden inschreven. En ook nog: ‘We leven met andere woorden in een eerder mannelijke ‘yang’-cultuur. Maar toch beseffen steeds meer mensen dat deze aanpak niet meer past bij deze tijd.’
Een gezonde afwisseling
Een yang-cultuur. Het is niet gebruikelijk dat oosterse filosofische termen, zoals het taoïstische yin en yang, in een bedrijfscontext worden gehanteerd. En toch staat het yin-yang-symbool op deze inspiratiedag centraal. Omdat het op een bevattelijke manier weergeeft waar het schoentje in de huidige bedrijfswereld misschien wel wringt. Er is een disbalans ontstaan tussen twee polen: yang, de ‘positieve’ pool die geassocieerd wordt met uitgaande, actieve, snelle kwaliteiten, en yin, de ‘negatieve’ pool die geassocieerd wordt met naar binnen trekkende, passieve, tragere kwaliteiten. Waarbij positief en negatief geen enkel waardeoordeel bevatten, maar gezien kunnen worden als de min- en pluspool van een batterij.
Yin en yang bewegen in cycli, ze wisselen elkaar af. Zo is er een steeds levende beweging en evolutie, want uit yang ontstaat weer yin en uit yin weer yang. Een gezond roterende ying-yang-beweging is de motor achter gezonde creatie. ‘Ook binnenin ons kunnen we die cycli waarnemen’, zegt James Bampfield van Quinx, medeorganisator van het event. ‘Er zijn momenten dat we in actie willen schieten en zaken willen ondernemen, de wereld intrekken en dromen waarmaken, maar er zijn ook momenten dat we naar binnen willen keren, reflecteren, contact maken met onze gevoelswereld en herbronnen.’
Traditioneel wordt de veruitwendigende beweging als mannelijk gepercipieerd, en de naar binnengaande beweging als vrouwelijk. Nog niet zo lang geleden was de buitenwereld, de zakelijke wereld, ook bijna exclusief het domein van de mannen, en de binnenwereld, het thuisfront, het koninkrijk van de vrouwen. Ons professionele leven werd door hardere waarden gedomineerd (rationaliteit, kracht, competitiviteit, …), en thuis mocht je de zachtere kant laten spelen (emoties, kwetsbaarheid, zorg,…).
Maar inmiddels is wel duidelijk dat beide principes in zowel mannen als vrouwen aanwezig zijn. En nu het werk ook mee naar huis genomen wordt en het huishouden gemanaged wordt, is er een aandrang om ook de zachtere waarden ingang te laten vinden op de werkvloer. Evenwicht moet er zijn. In het zwarte stuk van het symbool zit een wit bolletje en omgekeerd: uit het ene wil het andere gewoon ontstaan. Dat is de natuur.
Het gaat hier dan ook niet om een battle of the sexes. Het gaat erom een nieuw evenwicht te vinden tussen daadkracht en draagkracht. Tussen denken en voelen. Tussen groeien en herbronnen. Tussen durven en voorzichtig zijn. Tussen winst en welzijn. Tussen competitie en solidariteit. Het eerste beentje in deze vergelijking krijgt in onze bedrijven bijna altijd voorrang op het tweede. En toch moet de tweede pool net zo goed aanwezig zijn, willen we niet dat het systeem zichzelf vernietigt. Eeuwig in één pool blijven hangen kan niet.