Burn-out is een epidemie geworden, het gebruik van antidepressiva neemt alleen maar toe en liefst een derde van de bevolking kampt met stress gerelateerde aandoeningen. Om over het aantal mensen dat zich hoogsensitief verklaart nog te zwijgen. Zijn we allemaal gevoeliger geworden, of ligt het aan de maatschappij die brutaler, sneller, chaotischer wordt?

Tekst Hade Wouters – Illustratie: Eugenia Loli

Icone citation

‘We hebben als mens het stressresponssysteem van een vis. Dat systeem heeft zeker ooit zijn voordelen gehad, maar is niet aangepast aan de uitdagingen van onze tijd’ – Witte Hoogendijk, psychiater

Een vriend van me wil enkel langskomen als de wifi uitgeschakeld wordt . Een collega kondigt op voorhand aan dat ze slechts drie kwartier op een feestje blijft omdat het anders te belastend is voor haar. En ik sluit mezelf op in een glazen kamertje binnen ons landschapsbureau, met een geluidwerende koptelefoon op, om te kunnen werken met al die prikkels om me heen. Het lijkt wel alsof we allemaal gevoeliger worden. Maar is dat echt zo?

An Michiels ondersteunt hoogsensitieve mensen als coördinator bij vzw Sensitief en denkt van niet. Ze ziet vooral een verruwing in de maatschappij, te beginnen bij de media. ‘Kijk naar een programma als Thuis, waarin de omgangsvormen steeds brutaler en platter worden. Het lijkt alsof alles harder wordt. Alles moet ook steeds vlugger en meer. Meer en meer mensen trekken daardoor aan de alarmbel. Mensen staan onder druk en proberen hun hoofd boven water te houden. We leven in borderline times, zoals psychiater Dirk De Wachter heeft beschreven. Maar we worden tegelijk met z’n allen mondiger, waardoor wie al gevoelig is en bijvoorbeeld meer me-time nodig heeft, dat nu ook laat weten. Zo valt het meer op.’

‘Op de vraag of we steeds gevoeliger worden, kan ik geen ja of nee antwoorden’, zegt Gil Renders, psychotherapeute en leiderschapscoach. ‘Wel staat vast dat de wereld steeds complexer en drukker wordt. Het aantal beelden dat wij bijvoorbeeld op een dag te verwerken krijgen, is een duizendvoud van wat onze grootouders te zien kregen. Er komen meer prikkels op ons af, langs alle kanten en op allerlei manieren. De verwachtingen waaraan we moeten voldoen, zijn hoger en complexer dan vroeger. Er is een veelheid aan labels ontstaan, zoals ADHD en hooggevoeligheid, om een naam te geven aan onze reacties op die toegenomen druk en vele prikkels.’

Niet aangepast aan deze tijd

Witte Hoogendijk is hoogleraar en psychiater en hoofd van de afdeling psychiatrie op het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam. Samen met journaliste Wilma de Rek schreef hij het boek Van Big Bang tot Burn OutHet grote verhaal over stress. In het boek wordt aangetoond dat de mens niet verder geëvolueerd is naar een meer gevoelig afgestemde versie, maar dat het tegendeel waar is: we zijn evolutionair niet aangepast aan de eisen van de moderne tijd. Wij, of beter gezegd: ons stressresponssysteem. ‘We hebben eigenlijk het stressresponssysteem van een vis’, legt Witte Hoogendijk uit. ‘In het begin van het leven op aarde was een goede vlucht- en vechtreflex belangrijk. We zijn dus uitgerust met een soort alarmsysteem dat afgaat bij het optreden van een bepaalde stressor. Dit systeem is gemaakt om te reageren op levensbedreigende situaties, maar het wordt nu voortdurend geprikkeld. Niet alleen door psychologische stress, maar evengoed door bijvoorbeeld onze mobiele telefoons. De wereld heeft zich vanaf een bepaald punt razendsnel ontwikkeld. Kijk naar de agrarische revolutie, en in het meer recente verleden de industriële en zeker ook de digitale revolutie. De menselijke maat is daarbij verloren gegaan en ons systeem heeft niet de tijd gehad zich aan te passen. Als je de evolutie vergelijkt met een afstand van honderd kilometer, is de tijd van de industriële revolutie tot vandaag de laatste decimeter op die hele afstand. Dat toont aan dat we met een stressresponssysteem leven dat zeker ooit zijn voordelen heeft gehad, maar dat niet aangepast is aan de uitdagingen van onze tijd.’

De mens is dus een imperfecte mutant die zich met een verouderde uitrusting staande moet houden in de huidige wereld. ‘Stress is functioneel’, legt Hoogendijk uit, ‘Denk aan een examen: door de stress word je superalert, maar het krijgen van zweethanden heeft geen functie meer, terwijl het vroeger diende om snel warmte uit het lichaam af te voeren om sneller te kunnen vluchten. Ook depressie had ooit een beschermende werking. Deprimeren is als een energetische waakvlam opzetten om je te dwingen uit te rusten en jezelf te beschermen. Intussen is de aanleiding voor depressie dikwijls iets in ons hoofd in plaats van een externe factor en blijven we chronisch in deze toestand, wat nefast is.’ Terwijl het vroeger vooral externe factoren waren die ons triggerden, zijn er vandaag heel veel dingen die tot stress, depressie en ziekte leiden. Ons systeem is overbelast omdat het voortdurend wordt geactiveerd.

Reflexen zijn onze oudste en meest elementaire reactie op stressoren. Daarna volgen emoties, waarbij lichaam en psyche met elkaar verbonden zijn. Bij angst is bijvoorbeeld een versnelde hartslag waar te nemen, een oppervlakkige ademhaling, trillende lippen, slappe ledematen, kippenvel en opspelende ingewanden. De emotie woede gaat gepaard met een zwoegende borst, een rood aangelopen gezicht, opeengeklemde kaken, enzovoort. De acht basisemoties (angst, woede, bevrediging, jaloezie, afschuw, schaamte, liefde en verdriet) zijn vanuit hun primaire vorm perfect te verklaren en hebben hun nut binnen de evolutie. De psychische en fysieke gevolgen van angst maakten het bijvoorbeeld mogelijk te vluchten voor gevaar. Maar in de gecultiveerde vorm is er geen directe stressor meer nodig om de gevoelens te doen ontstaan, waardoor ze in een chronische vorm kunnen doorschieten en het leven onmogelijk maken. De huidige epidemie van burn-out en overspannenheid, waarbij het lijkt alsof iedereen steeds gevoeliger wordt, kan verklaard worden door een stressresponssysteem dat door een toenemende stroom aan prikkels permanent op volle toeren draait. Ons systeem kan het onderscheid niet maken tussen een confronterend filmpje op sociale media dat nutteloze gevoelens oproept en iets uit ons echte leven dat ons raakt. In hun boek leggen Hoogendijk en de Rek ook het verband tussen het verouderde stressresponssysteem en aandoeningen zoals posttraumatische stress, dwangstoornissen, verslavingen, psychoses, maar ook lichamelijke ziektes zoals hart- en vaatziekten en een hoge bloeddruk.

Sensitiviteit, een nuttige eigenschap

Dit sluit aan bij de analyse van Elke Geraerts, neuropsychologe en zaakvoerder van Better Minds at Work, dat zich inzet voor veerkrachtige medewerkers. Ze schrijft over de zogenaamde breincrisis en hoe onze hersenen overbelast geraken omdat we te veel tegelijkertijd willen doen: ‘We hebben met ons brein een wereld gecreëerd waarin we niet meer kunnen volgen’, zegt ze. ‘Dat zorgt voor veel stress. Maar de vraag is: maakt de stress ons gevoeliger of hebben we meer stress door onze gevoeligheid? Wel, het werkt in beide richtingen. Onze wereld wordt treffend beschreven als een VOCA-wereld. Dat staat voor volatiel of snel veranderend, onzeker, complex en ambigu of vaag. Onze wereld is drastisch en dramatisch veranderd en is nog altijd in volle ontwikkeling. Er blijft weinig hersencapaciteit over voor de dagelijkse stress; veel van ons brein wordt als het ware opgesoupeerd. Het stukje dat we zelf kunnen hanteren, moeten we zo veerkrachtig mogelijk maken.’

(…)

Lees verder in het aprilnummer van Psychologies, nu in de winkel