Wim Distelmans: ‘Natuurlijk blijf ik bang voor de dood. Wie niet?’

Je zegt dat de mooiste overlijdens die jij gezien hebt gevallen van euthanasie zijn. Sterft uiteindelijk niemand revolterend?

WD: ‘Toch wel, maar niet als je je leven geleefd hebt en kan afronden. Sommigen blijven echter kwaad tot op het einde, dat heeft vaak te maken met iets dat nog niet verwerkt is. Een zoon waar ze al twintig jaar geen contact meer mee hebben, bijvoorbeeld. Ze beseffen dat ze de tijd niet meer zullen hebben om dat nog goed te maken. Ook situaties waar gevoelens van schuld niet vereffend zijn, zijn vaak schrijnend.’

‘Die dag heb ik beseft hoe snel het met je gedaan kan zijn’

Jij weet als geen ander hoe kwetsbaar de mens is, hoe kort een leven wel kan zijn. Vind je het vreemd dat mensen soms moeite hebben met het leven?

WD: ‘Die kwetsbaarheid heb ik voor het eerst bikkelhard ondervonden in mijn studententijd. Na drie jaar geneeskunde maakte ik een persoonlijke crisis door. Ik wist niet wat ik wilde. Mijn ouders zegden me dat ik eerst aan mezelf moest werken, dus nam ik een rustpauze en ging reizen. Die ervaring heeft mijn leven bepaald. Ik belandde in Zuid-Frankrijk waar ik een tijd als schaapherder heb gewerkt. Ik voelde me daar opgenomen in de gemeenschap.

Op een dag is een van de herders voor mijn ogen steendood neergevallen. Hij was mijn eerste dode. Ik heb naar dat lichaam zitten kijken terwijl ik bedacht hoe gezond en rustig hij geleefd had. Het raakte me diep. Toen heb ik beseft hoe snel het met je gedaan kan zijn.

Anderzijds zijn wij evengoed de eerste generatie die zo oud wordt, meer dan tachtig jaar al. We zijn eveneens de eerste generatie die het begin en het einde van het leven kan beïnvloeden via in-vitrofertilisatie, sondevoeding enzovoort. We hebben medische mogelijkheden en andere technologieën die on-waar-schijn-lijk zijn.’

‘Ik denk dat de zingeving voor een groot stuk zoek is’

Maar al die dingen brengen de mens niet in een staat van voortdurende tevredenheid.

WD: ‘Nee blijkbaar niet, dat merk ik ook. Ik zie een aantal maatschappelijke tendensen die ik niet kan verklaren. Waarom er zoveel depressie is terwijl onze levenskwaliteit tot de top behoort. Of waarom België meer zelfdodingen kent dan de buurlanden. Ik denk dat de zingeving voor een stuk zoek is. We hebben bijna alles, maar is er dan nog iets om naar te verlangen? Ook de grote hoeveelheid informatie die altijd maar op ons afkomt, doet volgens mij iets met ons. Ik herinner me nog de opkomst van het internet. Ik had het daar erg moeilijk mee. Ik heb echt moeten leren filteren, dat is een enorme aandachtsoefening. Jonge mensen die nog niet weten wat ze willen in het leven, laten die enorme informatiestroom wel nog helemaal binnenkomen. Maar wat doet dat met hen?’

(…)

Het volledige interview met Wim Distelmans lees je in Psychologies, mei-juni 2018