Wat als je kind niet op je lijkt?
Als die zwangerschapstest roze kleurt gaan ouders in spe er bijna automatisch van uit dat er een miniversie van hen in de maak is. Maar een kind is zelden een kopie van zijn ouders in zakformaat – en dat is prima zo. ‘We moeten leren aanvaarden dat we het leven niet kunnen boetseren’, zegt psychologe en gedragstherapeute Ingrid De Jonghe.
Tekst Sigyn Elst
Twee mensen leren elkaar kennen, trekken fijn samen op, worden verliefd en gaan samenwonen of trouwen. Meestal komen daar vroeg of laat ook kinderen van. In veel gevallen gaat het krijgen van een kind ook over de droom om voor een stuk je voortbestaan te garanderen. Maar ook al denken we soms dat onze zelfzuchtige genen rechtstreeks worden doorgegeven, in de realiteit zijn onze kinderen heel eigen persoonlijkheden.
Geen kopie
Als de langverwachte baby over volkomen ongekende eigenschappen blijkt te beschikken stort dat jonge ouders abrupt in een onomkeerbare relatie met iemand die hen vreemd is. Vooral kinderen die echt wezenlijk anders zijn en zo de onsterfelijkheidsfantasie onderuithalen maken het ons moeilijk, schrijft de Amerikaanse schrijver en psycholoog Andrew Solomon.
Solomon, die als dyslecticus en homoseksueel zijn eigen ouders ooit zag worstelen met die gevoelens, schreef met Ver van de boom een monumentaal werk over kinderen die anders zijn. Om de diversiteit en alle gevoelens van wanhoop, schaamte en onvoorwaardelijke liefde van ouders te beschrijven had hij meer dan duizend bladzijden nodig.
‘Het is een oergegeven dat als je een kind op de wereld zet, je in eerste instantie gaat kijken op wie het lijkt – op mama, op papa, op grootvader’, zegt Ingrid De Jonghe, voorzitster van TEJO, dat laagdrempelig therapie aanbiedt aan jongeren. ‘We willen graag een reproductie van onszelf zien om zelf niet verloren te gaan of om wat je hebt opgericht te kunnen doorgegeven.’
‘Eigenlijk is het een gemakkelijke houding om ervan uit te gaan dat je kind je zaak of je levenswandel zal verderzetten. Dat heeft er onder meer ook voor gezorgd dat in de geschiedenis verschrikkelijke dingen gebeurden met mensen met een handicap. Niet geschikt, dus werden ze van de bergen gegooid, zoals in Griekenland vroeger.’
‘Mensen met een beperking krijgen gelukkig nu wel een plaats, al zien we dat zaken zoals het syndroom van Down of andere psychische afwijkingen stilaan uitgefilterd worden omdat die aandoeningen tegenwoordig al vlak na de conceptie aangetoond kunnen worden. Omdat de onderzoeken erg duur zijn zullen die kinderen nog wel geboren worden, maar enkel in sociale klassen die niet de mogelijkheid hebben om ze te betalen. En dat klinkt dan weer niet zo goed.’
Klik maken
Ook dat gegeven is iets waar Solomon in Ver van de boom mee worstelt wanneer hij zich openlijk afvraagt of zijn moeder misschien voor abortus gekozen zou hebben had ze geweten dat haar zoon op latere leeftijd zou opbiechten dat hij homoseksueel is. Waar mama Solomon met geduld, wilskracht en liefde haar zoon met zelfbedachte geheugenkaartjes toch aan het lezen kreeg (terwijl elf scholen in New York hem al hadden afgewezen omdat tests uitwezen dat hij nooit zou leren lezen) legde dat tegelijk ook de basis voor hun latere worstelingen. Door de overwinning op dyslexie was het moeilijk om te accepteren dat er niks te doen was aan die andere ‘afwijking’ die zich steeds duidelijker manifesteerde: het homo-zijn van haar zoon.
Ingrid De Jonghe: ‘In onze maatschappij kijken we heel erg naar onszelf. Zolang we het zelf goed hebben is er niks aan de hand. Als we dan een kind op de wereld zetten dat anders is, is dat lastig. Zo ontmoette ik onlangs een vader die vertelde dat een van zijn drie kinderen een jaar eerder overleden was en een tweede kind kort daarop vertelde dat het homoseksueel is.
Maar één kind kan die ouders nu nog kleinkinderen schenken, een gegeven waar ze wellicht ooit helemaal anders over dachten. Voor die mensen komt het erop aan om dat gegeven met een andere bril te bekijken. Ik wil de last die ouders van een gehandicapt of autistisch kind moeten dragen niet minimaliseren, maar ook dat is een kwestie van aanvaarden en een klik maken.’
Dit ben ik
Ook kinderen die een andere levenswandel kiezen dan hun ouders gehoopt hadden botsen soms op weerstand. Solomon spreekt over de leugen van volmaakt geluk, het verlangen van ouders dat hun kinderen ervoor kiezen om te leven volgens hun eigen normen en waarden. Nochtans heeft een kind accepteren zoals het is veel invloed op zijn zelfacceptatie, want de opvattingen van anderen spelen daarin een grote rol.
Ingrid De Jonghe: ‘Het feit dat we het zo moeilijk hebben om kinderen te aanvaarden zoals ze ons gegeven worden is volgens mij een stuk egoïsme. De kinderen die we op de wereld zetten zijn van ons, maar ook niet. Ik ben een voorvechtster van de rechten van jongeren en ik vind het niet kunnen dat jongeren tot op de dag van vandaag nog niet goed weten wat hun psychische en fysieke integriteit is. Denk maar aan misbruik dat nog vaak voorkomt, of de worsteling van kinderen om te mogen worden wie ze in essentie zijn.’
‘Zo had ik een jongen in therapie die van thuis uit wat gepusht werd naar een kunstopleiding. Maar zelf zei hij tegen mij “Ingrid, ik denk niet dat ik genoeg talent heb. Ik teken wel graag in mijn vrije tijd maar het is mijn doel in het leven niet”. Het is tot hoogoplopende ruzies gekomen met de vader en die jongen is uiteindelijk zelfs van huis weggelopen. Ik heb hem en ook de ouders een jaar gevolgd en nu zit hij op zijn plaats, en gaat alles beter.’
‘Ook ik heb meegemaakt dat mijn ouders vreemd opkeken van de schoolkeuze voor mijn kinderen. Ik heb een heel klassieke opleiding genoten en wilde voor mijn kinderen iets anders, en kwam uit bij de Steinerschool. Mijn ouders hadden de reactie “waarom zo’n andere keuze?”. Ze hadden het liefst gehad dat ik mijn kinderen naar mijn oude school had gestuurd. Ik heb uiteindelijk rechten gestudeerd en heb twintig jaar als juriste en criminologe gewerkt vooraleer ik therapeute ben geworden. Ik denk dat ik mijn bestemming in het leven misschien sneller gevonden zou hebben mocht ik in een school gezeten hebben die niet alleen aandacht voor mijn hoofd maar ook voor mijn gevoelens had.’
Anders is ook goed
Zijn homofilie, autisme, hoogbegaafdheid, doofheid of Down een ziektebeeld of een identiteit? We spreken vaak over ziekte of aandoening alsof het een eigenschap is die ons minder aanstaat, en over identiteit alsof we een eigenschap positief willen bevestigen. Voor Solomon is dat echter een vals onderscheid.
Vaak zien ouders de afwijking aanvankelijk als ziekte, totdat gewenning en liefde hen leren met die vreemde nieuwe werkelijkheid om te gaan. Toch is Solomons verhaal er een van hoop, zolang kinderen zich maar door hun ouders en de ouders zich door hun omgeving geaccepteerd voelen om wie ze zijn.
Ingrid De Jonghe: ‘Aanvaarding heeft met liefde te maken, maar daar zit wel de sleutel tot geluk in zulke gezinnen. Probeer het anders-zijn van je kind een plaats te geven en verder te gaan met je leven. Je houding is dan belangrijk, het fameuze cliché van het glas dat halfvol of halfleeg is. Je kan heel je leven klagen – of niet. Die man over wie ik vertelde die zijn kind had verloren, hij was nog in de rouw maar probeerde wel om zijn leven weer op te nemen. Het leven is niet altijd wow. Hoe langer hoe meer denken we dat we grijpkracht hebben en dat we het leven zelf kunnen boetseren. Dan zijn we heel teleurgesteld wanneer we merken dat dat toch niet zo is.’
‘Ik heb ook een depressieve mama met een zwaar gehandicapt kind begeleid. Tien maanden lang heb ik met haar gewerkt om het anders-zijn van haar kind te leren aanvaarden. Ze stuurde me onlangs een mail waarin ze zei dat ze het nu een plaats kan geven, waardoor ze merkt dat ook haar kind veel rustiger is. In heel mooie, warme gezinnen waar veel ruimte is voor de eigenheid van kinderen, waar veel aanvaarding en liefde is, daar heeft men gezien dat zaken zoals ADHD bijvoorbeeld pas op veel latere leeftijd ontdekt worden. Vaak pas op volwassen leeftijd, in een werksituatie bijvoorbeeld, waar iemand zegt “laat je eens testen”.’
‘Dat komt omdat het gezin er altijd heel gewoon mee is omgegaan, en dat is goed want tegenwoordig wordt er veel te snel gelabeld. Als je als ouder toch moeite hebt met een kind dat anders is moet je niet je kind in therapie sturen maar eerder zelf in therapie gaan, om weer sterker te worden en die liefdevolle verbinding met je kind opnieuw te kunnen maken.’
‘Zelfs met erge situaties zoals bepaalde vormen van autisme lukt dat. Sommige ouders hebben nog altijd de houding alsof het hun kruis is dat ze moeten dragen. Zo was het vroeger, maar ik denk dat we nu in een tijd leven dat dat niet meer nodig is. Probeer ervoor te zorgen dat je verbinding vindt én tegelijk kracht opdoet om je eigen dromen zo goed mogelijk te leven.’
Ellen (44), mama van een bijzondere dochter
‘Toen mijn dochter Julia achttien jaar geleden geboren werd waren er complicaties. Na onderzoek door de kinderarts bleek alles in orde te zijn, dus waren we gerust. Ze groeide goed op maar was met kruipen, lopen en praten net wat trager dan gemiddeld. Soms ging het wel door mijn hoofd: “zou dat door de bevalling komen?” Maar we beslisten dat het geen zin had om ons daarmee te pijnigen.’
‘Als kleuter was ze behoorlijk druk en luidruchtig. Maar wij vonden dat niet erg. Ik was naar verluidt ook een levendig en enthousiast kind en mijn man is ook geen stilzitter, dus vonden we het logisch dat ze pit had. We gingen dikwijls naar het park of uitwaaien aan zee en hadden altijd een heel fijne tijd. Niet wij maar onze omgeving maakte opmerkingen over ons kind. Het was middenin het tijdperk waar ADHD nog een echt modewoord was, en vaak moesten we horen of we Julia toch niet eens zouden laten testen.’
‘Dat kwetste ons, want wij vonden haar gedrag nooit over de schreef gaan, integendeel, ze was een fantastisch lief en aanhankelijk kind. “Als wij het gewoon vinden is het niet anders” las ik ooit, en zo zagen wij dat ook. Uiteindelijk hebben we Julia nooit laten testen, we wilden geen label of stigma voor haar. En onze dochter is ondertussen uitgegroeid tot een prachtig en rustig meisje, met een rijke eigen identiteit.’
Meer lezen
Ver van de boom – Als je kind anders is, Andrew Solomon
(Uitgeverij Nieuw Amsterdam, 2013)
Meer info
www.tejo.be – gratis kortdurende ambulante therapie voor jongeren.