Thrillerauteur Karin Slaughter: ‘Mocht ik in deze tijd kind geweest zijn, zat ik waarschijnlijk aan de medicatie’
‘Ik besef dat, mocht ik vandaag een kind zijn, ik wellicht een of ander label op mij geplakt zou krijgen en aan de medicatie zat. Dat stemt tot nadenken’
‘Ik besef dat, mocht ik vandaag een kind zijn, ik wellicht een of ander label op mij geplakt zou krijgen en aan de medicatie zat. Dat stemt tot nadenken’
Jouw boek Goede dochter begint met een vreselijke moordscène van een moeder en de verkrachting van haar dochtertje. Die scène valt bijna niet te lezen. Later krijg je zelfs nog meer details maar wordt het eigenaardig genoeg gemakkelijker om die te lezen. Een vreemde ervaring.
KS: ‘Het geldt voor iedereen dat gewenning snel optreedt. Ik heb bewust niet te veel details over de verkrachting van het meisje meegegeven omdat ze eerst wordt voorgesteld als een mooi, vrolijk kind en dan gebeurt er plots iets ondenkbaars. Pas later kom je meer te weten, dat heb ik speciaal gedaan om de lezer een beetje te verdoven. Ik weet dat het niet echt een vergelijk is, maar ik heb een kat die ervan houdt om vogels te doden. De eerste keer dat ik het zag reageerde ik vol afschuw. Na de vijfde of zesde keer bleef ik er gelaten bij.’
Wat zegt dat over ons mensen?
KS: ‘Het zegt vooral dat wij gewoon kunnen worden aan alles, denk ik.’
Voel je soms behoefte om een boodschap mee te geven in je boeken, naast enkel een verhaal dat onder je huid kruipt?
KS: ‘Ik schrijf op twee niveaus. Als je mijn boeken meeneemt naar het strand om louter een fijne tijd te hebben met een spannend boek, is dat prima. Maar de diepere betekenis is er ook. Ik denk dat alle goede verhalen op die manier werken. Ik wil entertainen, maar als mensen ondertussen ook nadenken over het Amerikaanse gezondheidssysteem, of geweld tegen vrouwen, is dat ook goed. Ik denk nooit aan mijn lezers tijdens het schrijven. Mocht ik dat doen, zou er geen letter op papier komen. Zeker nu ze ook op Facebook voortdurend zeggen: “Doe dit of probeer dat eens”. Ik wedijver alleen met mezelf. Mijn doel is altijd om een beter boek te maken dan het vorige.’
Is het leefbaar om je vorige boek telkens als een concurrent te zien?
KS: ‘Het is mijn aard vrees ik. Daarom ben ik gestopt om mezelf te timen op de loopband, het werd gewoon te gek (lacht).’