Sofie Lemaire: ‘Er zit een feministe in mij’
Wat is voor jou een goede ontstresser als je onrust voelt?
SL: ‘Mijn favoriete bezigheid is dan autorijden en podcasts beluisteren. Ik ben een waanzinnige podcastvreter, ik beluister er gemakkelijk drie per dag. Ik kies dikwijls verhalen over psychologie, of TED-talks die me inzicht geven in waarom we doen wat we doen. Dat vind ik mateloos boeiend.’
Je hebt een zoontje van drie jaar, Gust. Denken jullie aan een tweede kindje?
SL: ‘De impact van het ouderschap hebben we beiden toch wel wat onderschat. Heel positief is dat het moederschap me milder heeft gemaakt, maar ik word ook best vaak verscheurd door het gevoel dat ik te weinig aandacht besteed aan óf mijn kind, óf mijn job. Een tweede kind is niet uitgesloten, maar het moet niet noodzakelijk. Ik vind het constante schipperen tussen de job en het moederschap heel zwaar. Het dagelijks organiseren en plannen heb ik onderschat en haat ik intens. Vooraf denk je: we nemen wel babysits en laten ons bijstaan door de crèche en de opvang. Maar nu het zover is, wil je dat eigenlijk allemaal liever niet natuurlijk. Je wilt eigenlijk die zorg zelf kunnen geven aan je kind.’
Stel je je soms vragen bij de zinvolheid van het bestaan?
SL: ‘Ik zit in een periode waarin ik me steeds meer afvraag of wat ik doe wel zinvol is en betekenis heeft, ja. Ik heb een vriendin die anesthesist is. Die springt regelmatig in een helikopter en gaat dan bijvoorbeeld iemand op een autostrade uit een wrak bevrijden. Dan denk ik: wow, dat is pas een nuttige job. Mensen zoals zij zullen zich niet slecht voelen wanneer ze thuiskomen. In mijn job stel je jezelf wel eens gemakkelijker de vraag wie je die dag eigenlijk geholpen hebt. (lacht) Maar let op, ik vind niet dat er iets mis is met entertainment, hoor. Een prachtige sketch schrijven waar mensen mee kunnen lachen en hun zorgen even kunnen vergeten is net zo goed waardevol.’
Hoe bescherm jij jezelf tegen de ‘harde’ buitenwereld, in jouw geval tegen negatieve recensies, beledigende tweets of Facebookroddels?
SL: ‘Ik lees geen Twitter, zeker niet op het moment zelf. Ik vraag achteraf wel aan mijn lief of aan collega’s om me de teneur van de reacties samen te vatten, puur als feedback, alhoewel ik ook besef dat het nog altijd een niche is en geen algemeen beeld schetst. Recensies lees ik wel, maar ik beslis zelf wat ik aanvaard en waar ik het niet mee eens ben. Wat me wel raakt is als uit kritieken blijkt dat ze me niet als een professionele presentatrice beschouwen, maar er wordt gesproken over “het meisje” of over mijn “bambi-oogjes” of zo. Ik verdraag het niet om op uiterlijkheden aangesproken te worden, dat is zo weinig relevant. Misschien is dat het feministische kantje in mij. Hoe ouder ik word, hoe meer ik besef dat ik zelf ook wel geleefd heb naar wat er van de vrouwelijke televisiepresentatrice verwacht wordt, en niet naar wie ik ben. Er bestaat een soort onuitgesproken consensus over: ze mag niet vloeken en moet veel lachen. Ik neem het mezelf kwalijk dat ik me daar puur door aanmoediging door heb laten leiden. Men vond het “schattig” dat ik zoveel lach en ik ging daar in mee, denkende dat ik zo een goede presentatrice zou zijn. Nu besef ik dat dat onzin is. Ik ga dat dus niet meer doen. Ik zal nog wel lachen hé, maar niet gewoon omdat ik denk dat men dat van mij verwacht.’
Is dat onuitgesproken verwachtingspatroon er ook voor je mannelijke collega’s?
SL: (ferm) ‘Nee’