Ook te maken met een ‘light-psychopaat’?
Op het eerste gezicht is je nieuwe date Mr. Charming. Maar toch knaagt het gevoel dat er iets niet klopt. Dat dingen die hij zegt niet waar zijn. Of op het werk: een collega die met iedereen contacten onderhoudt, lijkt achter de schermen mensen heel vakkundig tegen elkaar op te zetten. Moeilijk om er de vinger op te leggen, maar er is wel degelijk iets aan de hand. Welkom in de wereld van de ‘light-psychopaten’, zeggen auteurs Renaer en Zainea, die net een boek schreven over dit ondermijnend gegeven.
Tekst Hade Wouters – Beeld Shutterstock
Het verschil met een psychopaat zoals we die uit de films kennen, is dat een ‘light-psychopaat’ een ander zonder inlevingsvermogen bewust ondermijnt, maar geen fysiek geweld gebruikt.
‘De belangrijkste vraag die ik in mijn jeugd had was: Wanneer zie ik echte gevoelens bij mijn moeder?’, vertelt Bart Renaer. Pas na jaren kon Bart er de vinger op leggen. Zijn moeder was een ‘light-psychopaat’. Op dat moment was het echter al te laat: Bart leek voortdurend mensen aan te trekken die hem gebruikten of misbruikten. Ook op het werk kwam hij in contact met mensen die geen goede bedoelingen hadden. De conflicten waren niet openlijk, maar erg onderhuids en destructief. ‘Ogenschijnlijk hadden de betreffende collega’s of leidinggevenden het altijd goed met me voor, maar ik voelde daarnaast ook de messen die onverwachts in mijn rug belandden.’
Judith kwam in een destructieve relatie terecht. ‘Ik ontmoette hem op een moment in mijn leven dat ik niet lekker in mijn vel zat. Mijn relatie was over en ik moest opnieuw beginnen, ik was erg vermoeid door een baan in het buitenland en het vele reizen. Hij was een vrije vogel en representeerde alles wat ik op dat moment in mijn leven miste. Hij verwende me met cadeautjes, briefjes, ontbijt op bed. Hij kookte voor me, terwijl ik op de bank mocht uitrusten met een boek en een glas wijn. Na het eten masseerde hij mijn voeten..’ En toch klopte er iets niet. ‘Achteraf gezien weet ik dat hij me manipuleerde. Kwaad worden, terwijl ik niets misdaan had. Tot het punt dat ik om het even wat bekende en smeekte om weer tegen me te praten. Hij vergat ook dingen die hij gezegd of gedaan had die heel betekenisvol voor mij waren geweest. Dat was zo eigenaardig. Achteraf gezien begrijp ik dat het voor hem niets betekende, dat het gedrag was dat bij zijn masker van Mister Charming hoorde.’
What’s in a name?
Het staat meestal niet op iemands voorhoofd geschreven, dat hij of zij een psychopaat is. Psycholoog Bart Renaer en zijn vrouw Ana-Magdalena Zainea schreven een boek over light-psychopaten naar aanleiding van Barts’ ervaringen, de weg naar herstel die hij moest afleggen en het therapeutische werk met slachtoffers (prooien) van ‘light-psychopaten’ dat zij samen doen. Het is natuurlijk altijd uitkijken met het herdefiniëren van een psychiatrische term, maar in het boek omschrijven ze ‘light-psychopaten’ als mensen die gericht zijn op de psychische mishandeling van de medemens en daarbij geen empathie of inlevingsvermogen vertonen. Het verschil met een psychopaat zoals we die uit de films of de psychiatrische literatuur kennen, is dat een ‘light-psychopaat’ geen fysiek geweld gebruikt. In hun boek lichten ze 21 kenmerken van een ‘light-psychopaat’ toe (zie kadertekst). Sommige van de kenmerken zijn echter ook van toepassing op ‘gewone’ mensen. Vele mensen doen zich wel eens anders voor dan ze zijn, gebruiken een leugentje of gaan niet erg constructief met kritiek om.
Jan Storms, auteur van het boek Destructieve relaties op de schop. Psychopathie herkennen en hanteren – een klassieker binnen de thematiek – geeft aan dat we voorzichtig moeten zijn om geen valse diagnoses in de hand te werken. ‘Waar we mee worstelen is het gangbare idee van psychopathie. We denken daarbij aan kille seriemoordenaars, ophefmakende processen en gruwelfilms. Ik heb in mijn boek verwezen naar huis-, tuin-en-keukenpsychopaten. Je vindt ze overal, maar zij zijn doorgaans geen lichte gevallen, integendeel. Renaer en Zainea kiezen de term ‘light-psychopaat’. Ik hoop dat de term mensen niet op het verkeerde been zet. Psychopathie is zelfs in haar minste gradaties een zeer zware stoornis, misschien wel de zwaarste, vrijwel altijd ongeneeslijk, al is dat aan de buitenkant meestal niet aan te zien. Ik ben voorstander van voldoende psychologische basiskennis bij een zo groot mogelijk aantal leken, zodat zij in hun eigen leven in staat zijn een eerste triagete maken. De professionals zouden dan een meer verfijnde en steviger gefundeerde diagnose kunnen stellen en verkeerde inschattingen corrigeren, het probleem herkennen en mensen doorverwijzen. Grote zorgvuldigheid is geboden met de diagnose psychopathie. Het is een zeer abstracte stoornis, een dissociatie van de eigen kern, die moeilijk te diagnosticeren kan zijn. Wanneer men alleen op persoonlijkheidskenmerken en gedragingen afgaat, gaat men de mist in.’