Weinig mensen hebben onze tijd zo ingrijpend veranderd als Brené Brown. In een wereld waarin (snel) succes en uiterlijke schijn belangrijk zijn, zette de Amerikaanse onderzoekster thema’s als kwetsbaarheid, schaamte, empathie en moed op de kaart. Haar laatste boek gaat over de durf om jezelf écht te verbinden. En dat vraagt meer dan je zou denken. Brown noemt het: ‘een wild hart’.

Tekst Hade Wouters

Icone citation

‘Een wild hart ontwikkelen is het vermogen om sterk en zacht te zijn, enthousiast en beducht op hetzelfde moment, moedig en bang tegelijk’ Brené Brown

Het moet gezegd. Browns boeken De moed van imperfectie, De kracht van kwetsbaarheid en Sterker dan ooit hebben onze generatie geïnspireerd en moed gegeven. In februari verscheen de Nederlandse vertaling van Brené Browns nieuwe boek, Verlangen naar verbinding. Hierin schrijft de Amerikaanse sociale onderzoekster empathisch, verrassend en een tikje streng over verbondenheid, en erbij horen. Erbij horen is niet ‘soft’, zegt ze, maar vraagt net dat je buiten je comfortzone stapt en je als persoon ontwikkelt.

Verbondenheid is niet het eenvoudige tegenovergestelde van eenzaamheid. Het gaat erom dat je erbij kan horen als jezelf, niet door je aan te passen aan anderen en te streven naar hun goedkeuring. Erbij horen als jezelf betekent dat je je imperfectie durft tonen, authentiek kan zijn in het contact met anderen en echt contact kan maken met anderen. En dat is vooral hard schaven aan jezelf. Werk dat in de ‘wildernis’ gebeurt. De wildernis ingaan als persoon is weten wat het betekent alleen te staan, kritiek, angst en pijn te trotseren. Het is de vrijheid ervaren van overal en nergens bij te horen. Je krijgt er littekens van, maar kweekt er ook een wild hart mee. En als je een wild hart hebt, heb je het vermogen om sterk en zacht te zijn, enthousiast en beducht op hetzelfde moment, moedig en bang tegelijk.

De grootste wonde

Brown baseert zich voor haar bevindingen op (eigen) onderzoek, maar is ook nooit te beroerd om haar persoonlijke verhaal te vertellen. Zelf groeide ze op in een gezin waar een onvermogen bestond om met pijn en kwetsbaarheid om te gaan. Toen ze als kind een voor haar erg belangrijke auditie niet gehaald had, zwegen haar ouders. Dat sloeg bij haar een diepe wonde. ‘Ik weet niet of het waar was of dat het verhaal was dat ik mezelf in stilte vertelde,’ zegt ze, ‘maar dat was de dag dat ik niet langer bij ons gezin hoorde, de meest elementaire en belangrijkste van al onze sociale groepen. Als mijn ouders me hadden getroost of tegen me hadden gezegd dat het dapper was dat ik het had geprobeerd – of nog beter, en wat ik op dat moment echt wilde, als ze mijn kant hadden gekozen en tegen me hadden gezegd dat het vreselijk was en ik het had verdiend om uitgekozen te worden – dan zou dit verhaal mijn leven en hoe dat is verlopen niet hebben bepaald. Maar dat gebeurde wel.’

Niet bij je gezin horen, zegt Brown, is één van de belangrijkste wonden die je kan oplopen. ‘Dat komt omdat het ons hart, onze geest en ons gevoel van eigenwaarde kan breken.’ Dat resulteert in een verlangen je pijn te verdoven of anderen te kwetsen. Met andere woorden: je ontkent je pijn, waardoor je de pijn doorgeeft aan je omgeving en je kinderen. Alternatief is de moed vinden om de pijn onder ogen te zien, empathie en compassie te ontwikkelen vanuit die pijnplek, en daardoor in staat zijn echte verbondenheid te ontwikkelen met anderen. Brené vertelt het verhaal van haar eigen zelfdestructie, en het harde werk dat haar te doen stond om zichzelf te worden en als zichzelf ergens bij te kunnen horen.

Om ons te kunnen verbinden, moeten we ons vier kwaliteiten eigen maken, zegt de onderzoekster. Eén: inzoomen, want het is moeilijk om van dichtbij een hekel aan mensen te hebben. Twee: eerlijk zeggen als iets bullshit is en je fatsoen bewaren. Drie: hand in hand gaan staan. Met vreemden. En vier: het ontwikkelen van een sterke rug, een zachte voorkant en een wild hart.

Tool 1: Inzoomen op het individu

Om de wereld overzichtelijk te houden, clusteren we mensen. We delen ze op in groepen, volgens geografische, politieke of spirituele criteria. De grootste breuklijnen lopen langs de verdeling van ras, gender en klasse. Vaak is de indeling gebaseerd op aannames over anderen, maar het resultaat is dat er een segregatie ontstaat in onze samenleving. Er zijn mensen die bij ons passen, en mensen die we impliciet of expliciet in een andere groep hebben geplaatst waar we nooit mee in contact komen. Maar waar we wel ideeën over hebben. Om er echt bij te horen, is inzoomen van belang. Dat betekent dat je niet langer naar de clusters kijkt en je idee over mensen daardoor laat bepalen, maar dat je inzoomt op individuen. Het is veel moeilijker een individu te haten dan een groep van mensen.

Een bijzondere vorm van inzoomen zijn de Circles (‘We have the choice’) die Kristin Verellen begon te organiseren samen met een groep vrienden, nadat ze haar levenspartner had verloren bij de aanslagen in Brussel. In een wereld waar verharding, polarisering, extremisme, blind geweld en terreur leiden tot traumatiserende situaties, willen ze met deze cirkels mee bouwen aan een cultuur van inclusie en dialoog. Trauma kan geheeld worden in mensen en gemeenschappen, machteloosheid kan omgebogen worden in kracht en mensen kunnen zich van hart tot hart verbinden. De manier waarop is eenvoudig. Samen in een kring gaan zitten, schouder aan schouder. Elkaar ontmoeten, luisteren naar elkaar. Niet langer wij en zij. Inzoomen, dus.

Tool 2: Eerlijk zeggen als iets bullshit is (maar wel je fatsoen bewaren)

Dit lijkt misschien wel de meest Amerikaanse opdracht die Brown ons meegeeft, omdat het mogelijk iets meer past in de Amerikaanse cultuur om van grote verhalen te houden en overal een mening over te hebben. Maar ondanks dit cultuurverschil lopen ook wij met open ogen in een aantal retorische vallen. Wie niet voor ons is, is tegen ons bijvoorbeeld. Je hoeft de krant maar open te slaan en de politieke berichtgeving te lezen om op dat spoor gezet te worden. De noodzaak altijd partij te kiezen. Is het echt nodig? Of kunnen we naast zwart en wit ook alle tinten grijs behouden?

Ten tijde van Je suis Charlie was het moeilijk om géén Charlie te zijn. Wat als je je niet kon verbinden met de provocerende stijl van Charlie Hebdo, maar tegelijkertijd uiteraard ook niet met het geweld van de terroristen? Kon je noch een Charlie zijn, noch een sympathisant van de terroristen? Of denk even aan politiek. Kan jij bij je linkse vrienden vertellen dat je het eens bent met één van de standpunten van een rechtse partij, zonder dat je meteen in die hoek geplaatst wordt? Brené Brown pleit ervoor dat we in de nuance durven te gaan staan, en dat we anderen niet met ‘bullshit’ laten wegkomen. De manier waarop we dat doen, moet echter fatsoenlijk zijn. Zonder mensen te schofferen of belachelijk te maken.

Tool 3: Hand in hand gaan met vreemden

Wat hebben voetbal en een religieuze dienst gemeenschappelijk? Ze bieden ervaringen van menselijke verbondenheid. Zowel collectieve vreugde als collectieve pijn kunnen sacrale ervaringen creëren. Wanneer duizenden mensen in stilte een Witte Mars lopen. Wanneer mensen lichtjes en bloemen brengen op een groot plein in Brussel na de aanslagen. Wanneer er gefeest wordt tot diep in de nacht omdat de Rode Duivels goed gespeeld hebben. Dat soort ervaringen van collectieve extase of pijn, zorgt ervoor dat we onszelf overstijgen en deel uitmaken van een groep. Het is niet te vergelijken met een like plaatsen op Facebook of tijdelijk je profielfoto aan te passen.

Een ervaring van collectieve pijn lost in principe niets op, maar Brown vertelt dat het desondanks toch betekenisvol is: ‘Die momenten herinneren ons eraan dat we niet alleen zijn in onze duisternis en dat ons gebroken hart verbonden is met elk hart dat sinds het begin der tijden pijn heeft gekend.’
Tool 4: Een sterke rug & zachte voorkant ontwikkelen

Onze rug sterk houden, vraagt moed. Gelukkig reikt Brené Brown ons een checklist aan om moed te ontwikkelen (zie kader), waarbij meteen duidelijk wordt dat we daar nooit klaar mee zullen zijn. Daarnaast is het belangrijk ons niet te pantseren. Dat is misschien veilig, maar beklemt ons ook. Jezelf kwetsbaar opstellen kan je trainen. De beloning is dat we minder aanvallend zullen worden, ons minder willen verdedigen en zelfs op ons gemak zullen zijn als we ons kwetsbaar voelen.

Meer weten?

Verlangen naar verbinding. Er werkelijk bij horen en de moed om alleen te staan, Brené Brown (Lev, 2018)

https://brenebrown.com/, www.wehavethechoice.com