Nemen we wel tijd voor wat ertoe doet?
Leven alsof het je eerste dag is
Afgezien van de discussie over werkuren, lijkt dit de vraag te zijn die iedereen stelt: wat willen we werkelijk? Waar gaat onze energie naartoe? Alleen maar vluchten uit de drukte heeft weinig zin. Alleen maar doen wat leuk of sensationeel is evenmin. In zijn boek Carpe Diem Regained kaart filosoof Roman Krznaric aan dat we vaak geneigd zijn om de stress van het werk van ons af te schudden door voluit in te zetten op genot. ‘Je moet in het nu leven’, roepen we. Of wat hipper: YOLO, You Only Live Once. We beklimmen de Machu Picchu, gaan parachutespringen, om vooral het onderste uit de kan te halen, maar het leven is geen bucketlist. Uitdagingen afvinken is een te commerciële invulling van wat een goed leven is. In een interview in De Standaard stelde Krznaric het zo: ‘Vaak hoor je de slogan: leef elke dag alsof het je laatste is. Maar dat is niet alleen onmogelijk, het moedigt ook aan tot hedonistische en impulsieve uitspattingen. Het is zinniger te leven alsof het je laatste tien jaar zijn. Dat laat ruimte voor betekenisvolle projecten. Of wat ik ook mooi vind: waarom niet leven alsof elke dag onze eerste is? Met de verbazing en appreciatie van een kind.’
Kijken als een kind: het is misschien niet eens zo’n slecht idee. Voor zijn boek Over vrijbuiters en ankertijd ging Johan Meire, onderzoeker bij Kind & Samenleving, na hoe kinderen omgaan met tijd. Zij bleken geen last te hebben van stress, ze droomden niet van onthaasting en me-time. Ze wilden eigenlijk ook geen qualitytime, die gebundelde momenten van aandacht en pret. Ze droomden vooral van leuke momenten tussendoor, en van de vrijheid om keuzes te maken. Er was voor hen ‘ankertijd’, met alles wat vooraf vastlag (school, opvang, hobby’s, familiebezoek) en wat hen veiligheid bood. En daarnaast waren ze ‘vrijbuiters’, die hun tijd vrij konden invullen. Soms mochten de kinderen echt kiezen wat ze deden, soms sjacherden ze wat of ontsnapten ze aan de regels, door er vanonder te muizen of door bijvoorbeeld tegen bedtijd te doen alsof ze verschrikkelijke dorst hadden. Zo leken ze voortdurend te balanceren tussen wat moest, wat mocht en de weg ertussen: een vorm van tijdsontduiking, zoals volwassenen belastingen ontduiken. Je ontsnapt, om tijd te maken voor wat je zelf belangrijk vindt. ‘Het leukste is dat je mag kiezen wat je wilt.’
meer lezen
Maak tijd, Eva Brumagne (Van Halewyck, 2017)
Carpe Diem Regained, Roman Krznaric (Cornerstone, 2017)
Gratis geld voor iedereen, Rutger Bregman (De Correspondent, 2016)
Rusteloosheid – Pleidooi voor een mateloos leven, Ignaas Devisch (De Bezige Bij, 2016)
Over vrijbuiters en ankertijd, Johan Meire (Kind & Samenleving, 2013)