Moeten we bang zijn voor robots?
Wat als ze overnemen?
Maar de snelle evolutie van A.I. doet natuurlijk ook wenkbrauwen fronsen. Want zoals Marcel Heerink zegt: ‘Zoals bij zoveel veranderingen brengen deze ontwikkelingen veel goeds. Maar we zullen ons ook af en toe achter de oren krabben en ons afvragen wat de prijs is die we hiervoor betalen.’ Net zoals machines tijdens de industriële revolutie menselijke arbeid gingen vervangen, zal ook kunstmatige intelligentie een heel deel van het menselijk doen en denken overnemen. Er zullen dus allerhande jobs sneuvelen en daar zullen we iets op moeten vinden. Maar de bezorgdheid gaat verder dan dat. Want als machines zo bovenmenselijk intelligent worden en voor zichzelf gaan denken, wie kan dan garanderen dat ze het niet van ons overnemen? Tig films hebben dat thema al aangekaart en het raakt een soort oerangst in de mens aan, dat één van onze creaties uiteindelijk machtiger zou worden dan wij.
‘Computers worden geprogrammeerd om logisch te denken en om alles wat niet goed werkt te vervangen door beter’, bevestigt Herman Konings. ‘Daarbij ontstaat natuurlijk het risico – waar mensen als Elon Musk en Stephen Hawking zich al bezorgd over uitspraken – dat de computer uiteindelijk de mens, die per definitie niet perfect is en voortdurend fouten maakt en onlogisch handelt, zou uitschakelen. Zo’n scenario spreekt natuurlijk tot de verbeelding.’
Sommige voorstanders beweren dat de mens altijd aan zet zal blijven, omdat hij diegene is die de programmatuur voorziet en hij de computer dus altijd de voorwaarde van moraliteit en emotie kan meegeven. ‘Robotfabrikanten zullen sowieso ethische principes moeten inbouwen in hun robots’, bevestigt Herman Konings. ‘Maar dan nog moet je voor ogen houden dat er ook mensen bestaan met slechte bedoelingen. Hackers kunnen de emotionaliteit of moraliteit bijvoorbeeld uitschakelen, waardoor je toch negatieve gevolgen van hyperdigitalisering kan ervaren. De overheid kan hier paal en perk aan stellen, maar ook daar hangen de ingrepen af van de ideologie die een overheid aanhangt. Bovendien kan een intelligent gegeven zo groots worden dat het ons boven het hoofd groeit. Kijk bijvoorbeeld naar het financiële systeem, dat is zo vernuftig en ingewikkeld geworden dat geen mens het nog volledig kan vatten. Bij beurstransacties is de mens ook al lang niet meer aan zet.’
En toch: kan je een evolutie die zoveel positieve verwezenlijkingen mogelijk maakt tegenhouden uit schrik voor mogelijke risico’s? ‘Dat is het eeuwige pingpongspel dat gaande is tussen de optimisten en pessimisten in deze materie’, aldus Konings.
>>> Hoe kunnen we mens en technologie verzoenen? >>>