Mannen en hun moeder: waarom hun band zo bijzonder is
Als er iemand is die een volwassen man in het hart kan raken dan is het zijn moeder wel. Een prachtig gegeven op zich – en tegelijk ook een mogelijke bron van verwikkelingen in het latere leven. Een bijzondere band ontrafeld.
Tekst Anne Wislez – Foto’s Marco Mertens
Later trouw ik met mama.’ Het is schattig en klinkt onschuldig, maar achter die lyrische peuterwoorden schuilt meer waarheid dan we op dat moment vermoeden. Ook op volwassen leeftijd blijft een man vaak via een psychologische navelstreng met zijn moeder verbonden. Hoe diep die band kan zijn vond in de geschiedenis en literatuur zelfs zijn vertaling in mythes, zoals het oedipusverhaal, waar de zoon zijn vader vermoordt en zijn moeder huwt.
Ook in zuiderse culturen blijkt duidelijk hoe la mamma een grote invloed uitoefent op haar zonen. ‘Bij ons is die band minder uitgesproken, misschien omdat de relaties in onze moderne gezinnen aan het veranderen zijn en vaders aanweziger worden in de opvoeding’, zegt Tine Marain, criminologe, seksuologe en therapeute.
‘En toch… ik heb in de gevangenis twaalf jaar zware gedetineerden begeleid en kreeg daar machomannen voor me die emotioneel heel moeilijk toegankelijk waren. Dat ze mensen vermoord hadden liet hen onbewogen. Tot ik over hun moeder begon. Dan kreeg je plotseling tranen, werden ze heel kwetsbaar.’
Een tere plek
Op de een of andere manier maken moeders mannen week. Uiteraard is die sterke band tussen moeder en kind op zich biologisch te verklaren. Tijdens de zwangerschap ontstaat er een enorme symbiose tussen beiden, maar ook na de geboorte krijg je een zogenaamde ‘buitenbaarmoederlijke zwangerschap’, waarin die verstrengeling nog een hele poos wordt verdergezet.
‘Dat geldt uiteraard ook voor meisjes,’ zegt Marain, ‘maar het genderverschil zal zeker een rol spelen. Dat jongetjes een hechtere band met hun moeder ontwikkelen kan bijvoorbeeld ook liggen aan het feit dat meisjes zich in het algemeen sneller ontwikkelen dan jongens. Ze gaan rapper autonome beslissingen nemen, bijvoorbeeld over welke kleren ze willen dragen, waardoor sneller conflicten kunnen ontstaan.’
‘Moeders en dochters herkennen zich ook meer in elkaar, wat eveneens conflict kan geven en ook een vorm van rivaliteit. Dat speelt allemaal minder in een moeder-zoonrelatie. Jongetjes maken zich daardoor trager los van hun moeder.’
Afwezige vaders
Als ze zich al los maken. Want dat is in onze maatschappij niet zo evident. ‘Bij natuurvolkeren worden de jongens ritueelmatig weggehaald bij de moeders, omdat ze geïnitieerd moeten worden tot man. Dat is altijd een pijnlijk proces’, vertelt psycholoog en trainer Arend van Rietschoten, die in zijn centrum De Schans al vele jaren mannengroepen begeleidt.
‘In dat ritueel moeten de moeders roepen: “je moet gaan, ik kan niks meer voor je doen, mijn taak zit er op!” Mijn moeder is 94 en denkt nog altijd dat ze van alles voor me kan doen!’ lacht hij. Hij vertelt hoezeer mannen van zijn generatie – vooral door de afwezigheid van vaders – nog steeds aan hun moeder vasthangen. Daar zit een fijn gevoel van verbondenheid achter, maar ook best wat onverwerkte emoties.
‘Als ik mannen tijdens de vierdaagse een brief aan hun moeder laat schrijven en voorlezen dan blijkt daar telkens toch verdriet en kwaadheid in te zitten. Impliciet kregen we door het verbond dat onze moeder met ons aanging de boodschap mee dat we beter waren dan onze vader. Waardoor we de concurrentie met hem aangingen – en daarna ook met alle mannen, in de wereld, op het werk…’
‘Veel machtsrelaties worden bepaald door hoe een man zich tot zijn moeder verhoudt. Ook in onze liefdesrelaties gaan we eigenlijk nog altijd op zoek naar die bevestiging dat we de beste zijn.’
Derde in het spel
‘In een gezonde situatie wordt de twee-eenheid met de moeder door de inbreng van een derde persoon opengebroken tot een drie-eenheid’, aldus Marain. ‘Meestal doet de vader dat, wanneer het kind 2 à 3 jaar is. Maar
het kan ook een andere derde persoon zijn: een homoseksuele partner, een grootouder, een goede vriend … Het vaderen heeft de wezenlijke functie om de zoon in de wereld te zetten.’
Als die steun van een derde er onvoldoende is blijven mannen zich op hun moeder richten – en dat kan leiden tot lastige verhoudingen. Van Rietschoten schetst op een papier een mannetje en een vrouwtje en trekt een pijl van het geslacht van de man naar het geslacht van de vrouw, en van het hart van de vrouw naar het hart van de man. ‘De krachtbron van de man is zijn seksualiteit: hij geeft, de vrouw ontvangt. De krachtbron van de vrouw is haar hart: zij geeft van daaruit en hij ontvangt. Als een moeder in een gezonde relatie staat kan ze die uitwisseling aangaan met haar partner.
Is de partner (emotioneel) afwezig dan zal zij haar liefde uitsturen naar haar zoon. Maar onbewust stuurt ze ook de boodschap uit: “ik wil wel je hart, maar niet je seksualiteit”. En dat kan voor een zoon erg verwarrend zijn. Want hij uit zijn liefde anders dan zij.’
Niet voor niks zien we de beruchte tweespalt in mannen waarbij ze hartuitwisselingen aangaan met de moeder van hun kinderen maar seksueel geneigd kunnen zijn om een andere vrouw op te zoeken. Als moeder van twee jongens is ook Marain zich heel bewust van dat gegeven.
‘Ik heb mijn zoontjes moeten leren begrijpen. Ik heb ook de taal van hun liefde moeten leren spreken. Zonen zijn fysieker, ruwer – ik kan mijn oudste zoon geen groter plezier doen dan met hem te stoeien. Maar ik heb dat moeten leren. Het is voor een moeder essentieel om de fysieke uiting van liefde van je zoon te leren zien, begrijpen, ontvangen én teruggeven. Anderzijds moet hij dat ook met mijn liefdestaal leren doen.’
Frustratie
Doorheen haar interactie met delinquenten werd haar nog een ander
aspect duidelijk: zonen moeten ook de gelegenheid krijgen om zich tegen hun moeder af te zetten. ‘We moeten leren om onze zonen te koesteren, maar net zo goed moeten we hen op een koude, harde vloer kunnen laten liggen en zeggen: “ik kan hier niks aan doen, jongen”. Je moet je kinderen ook durven frustreren, en dat is als moeder niet altijd gemakkelijk. Ook al omdat jongetjes door testosteron vaak extremer en fysieker zijn in hun reacties.’
‘Een jongen die geen frustratietolerantie leert via zijn moeder verdraagt later ook niet dat een vrouw niet aan al zijn wensen voldoet. Dat gevoel van almacht moet niet gebroken worden – dat creëert eveneens kwetsuren – maar voorzichtig doorbroken worden.’
Beide therapeuten zijn het erover eens: een krachtige moeder-zoonbinding die op een goede manier losgelaten wordt blijkt essentieel voor gezonde volwassen relaties, privé en in de maatschappij. ‘Maar het is ontzettend belangrijk dat een man zijn vrouw daarin bijstaat’, concludeert van Rietschoten. ‘Dat gebeurt in onze samenleving nog veel te weinig. Een moeder heeft haar kind negen maanden gedragen en er jaren een
innige band mee gehad. Vraag dan maar eens om zoiets los te laten! Daar heeft ze absoluut nabijheid en ondersteuning in nodig.’
Ron (45) woonde sinds zijn 3 jaar alleen met zijn moeder: ‘ We zorgen voor elkaar: eerst zij voor mij, nu ik voor haar’
‘De band die ik heb met mijn moeder is uitzonderlijk positief. Nu ik zelf getrouwd ben en kinderen heb besef ik wat de kracht is van een sterke ouderband. Ik heb er dan ook bewust voor gekozen om een aanwezige vader te zijn. Ik wil dicht bij de kinderen zijn, ze naar school kunnen brengen …’
‘Zelf is mijn moeder van mijn vader gescheiden toen ik drie jaar was. Het grootste deel van mijn kindertijd hebben we met z’n tweetjes geleefd. Mijn moeder was weinig thuis, ze stond er alleen voor, had het financieel moeilijk. Ze werkte dag en nacht in de horeca om rond te komen, om me alle kansen te geven om te studeren die zij niet gehad had.’
‘Nu zie ik welke fysieke tol ze daarvoor heeft betaald. Ze heeft fibromyalgie, een ziekte die vertelt dat de druk te zwaar is geweest. Ik ben dan ook heel dankbaar dat ik nu degene kan zijn die voor haar dingen mogelijk maakt – dat ik nu degene ben die haar op reis stuurt, haar financieel omkadert met dingen die ze niet verwacht. We zorgen voor elkaar: eerst zij voor mij, nu ik voor haar.’
‘Ik ben geen gemakkelijke tiener geweest. Ik was een vrijbuiter, sterk aan het rebelleren. Dat had verkeerd kunnen aflopen. Mijn moeder woonde in die tijd samen met een man die ziekelijk sterk was in het orkestreren van spelletjes en intriges om mij te raken. Toen mijn moeder dat doorkreeg was ze er kapot van. Op een dag – ik was toen 17 – zijn we samen van die situatie gaan lopen. Ik zie ons daar nog zitten op de grond van ons nieuwe appartement, we hadden geen salon, niks. Ze keek me recht in de ogen en zei: “alleen kan ik dit niet, ik heb je nodig”.’
‘Op dat moment is er in mij een klik gebeurd. Kan je op 10 seconden je leven keren? Ja, dus. Ik voelde zo’n diep respect voor haar dat ik prompt switchte van rebellie naar engagement. “We gaan dat moment hier pákken”, zei ik. “Je kan op me rekenen!” Ze koos op dat moment voor mij en ik voor haar. Die band is ijzersterk.’
Thomas (27) is de oudste zoon van drie: ‘Mijn moeder is de belangrijkste vrouw in mijn leven’
‘Van in de buik was er al een sterke band. Mijn moeder had voor mijn geboorte al het gevoel dat ik “speciaal” was. Ze wist meteen mijn naam. Nu nog vertelt ze dat die zwangerschap voor haar de beste periode van haar leven was. Ze was constant euforisch. Natuurlijk houdt ze evenveel van mijn broer en zus, maar ik vermoed dat een oudste zoon altijd om een of andere reden een speciale plek krijgt.’
‘Mijn vader is een typische zakenman, altijd werken, te druk om er te zijn. Met emotionele en praktische zaken ging ik altijd naar mijn moeder. Op zich was ik een “ideaal kind”, want ik deed altijd alles perfect, ook op school. Maar ik was enorm gevoelig. Ik was voor veel dingen allergisch, had de ene ziekte na de andere … Op school kon ik moeilijk om met de drukte. Ik kropte alles op.’
‘Toen ik een jaar of 18 was wilde ik me vrijvechten van de hele situatie en trok ik naar Gent. Ik was alles beu, zat met een enorme woede. Later trok ik naar India “om nooit meer terug te komen”, maar ik moest met spoed terug. Ik was volledig uitgeput, was fysiek en mentaal een wrak. Hoe extreem ik ook ging en hoezeer ze er ook van wakker lag, altijd heeft mijn moeder respect gehad voor mijn beslissingen. Altijd heeft ze me de vrijheid gegeven om te doen wat ik wilde doen, vanuit een onwankelbaar vertrouwen. Dat vind ik ongelooflijk.’
‘Als ik dieper graaf dan voel ik onder die vrijheid soms ook wel een zeker gevoel van gebondenheid. Het gevoel dat als ik kwaad wilde zijn, ik niet kwaad kon zijn. Een soort van verantwoordelijkheidsgevoel? Een bevestiging die je toch altijd blijft zoeken? Moeilijk te definiëren. Misschien is het gewoon eigen aan die typische moeder-zoonband. Ik betrap mezelf erop dat ik in andere vrouwen eigenschappen apprecieer die zij ook heeft: sociaal zijn, een sterk karakter hebben en tegelijk liefdevol en verzorgend zijn.’
‘Er altijd zijn en toch ruimte geven … Ja, ik denk dat ik inderdaad kan zeggen dat zij de belangrijkste vrouw is in mijn leven. Ze is de enige die er altijd voor mij is geweest.’