Klaar voor de mobiliteitsrevolutie?
’t Is vakantie en dat betekent dat we weer massaal in onze – tot de nok gevulde – auto springen, op weg naar zonniger oorden. Maar ook doordeweeks zijn we blij met onze wagen. De meesten van ons zijn er zelfs radicaal aan verknocht. Met alle gevolgen van dien: de wegen slibben dicht en het milieu wordt zwaar belast. Geen wonder dat zich op vlak van mobiliteit een heuse revolutie aandient. Hoppen we straks allemaal met onze e-fiets op de trein of rijden we massaal in een hybride?
Tekst Kristel Bruynseels – Foto Shutterstock
‘Autorijden geeft een gevoel van vrijheid en macht. Het komt tegemoet aan onze primitieve territoriumdrang en geeft de illusie van een behaaglijke anonimiteit: in mijn cocon doe ik wat ik wil’ – Gerard Tertoolen, verkeerspsycholoog
We zijn er de afgelopen decennia alleen maar mobieler op geworden. De mogelijkheden om ons te verplaatsen zijn vandaag haast eindeloos. Dat die ongebreidelde groei tot problemen zou leiden, kon je blind zien aankomen. Files, gebrek aan parkeerplek, ongevallen en een uitstoot van CO2waar het klimaat een chronische longontsteking aan overhoudt – en wij dus ook. Daar staat tegenover dat we overal geraken waar we maar willen, binnen een redelijke tijd én meestal ook nog op een comfortabele manier. Centraal in het hele verhaal staat nog steeds Koning Auto. Omdat we er een tikje verslaafd aan zijn …
Het individu voorop
‘Ik weet dat het belastend is voor het milieu, maar ik kan het niet laten om voor zowat elke afstand in mijn auto te springen’, zegt Kate (29), laborante. ‘Ik heb altijd spullen bij me, ik moet na een afspraak meestal nog ergens anders heen, ik ben vaak laat thuis … Een wagen past perfect bij mijn snelle en impulsieve manier van leven.’ ‘Kenmerkend voor de vervoersproblematiek is het sociale dilemma’, beaamt verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen. ‘We zoeken allemaal individueel voordeel en optimaliseren ons eigen gedrag. We doen kort samengevat het liefst waar we zelf zin in hebben. In dit geval nemen we het liefst de auto, omdat we daarin nu eenmaal, letterlijk en figuurlijk, onze eigen weg volgen. Op zich ook een optimale keuze, ware het niet dat heel veel mensen die op hetzelfde moment maken. Zo ondermijn je je eigen voordeel.’
‘Ik neem haast altijd de auto’, bevestigt ook Annelies (43), moeder van drie kinderen en lerares. ‘We wonen buiten de dorpskern, de eerste bakker ligt op twee kilometer, de supermarkt en de school op vier kilometer. Een bus rijdt hier niet. Bovendien combineer ik alles: werk, kinderen ophalen, boodschappen. Doe dat maar eens per fiets of met het openbaar vervoer. Alleen echt shoppendoe ik met de trein, maar als ik daar een filmpje aan zou willen koppelen, mis ik sowieso de laatste trein terug.’ Verschillende vervoersmiddelen combineren is dus niet altijd praktisch haalbaar. Je zit met vertrektijden en opstappunten, en wat doe je met je bagage?
Ondanks een groeiend milieubewustzijn of mogelijke alternatieven, houden we toch wel erg veel van de rit in ons eigen karretje. Gerard Tertoolen: ‘De auto is van in het begin gekoppeld aan vrijheid. Je ziet dat ook in de reclame: auto’s rijden doorheen prachtige landschappen of in verlaten steden, je gaat waar je wil, niemand die je stoort, je bent gelukkig en wordt zelfs begeerd. Dat dit vaak onrealistische beelden zijn, staat buiten kijf. Maar de auto geeft je het gevoel dat jij de controle hebt. Onze individuele vrijheid die ingeperkt wordt, daar houden we als mens niet zo van.’
De stekker erin
90 procent van onze beslissingen wordt nu eenmaal door onze emoties bepaald. Bovendien komen bij het autorijden naast het vrijheidsgevoel nog meer drijfveren kijken. Gerard Tertoolen: ‘Autorijden geeft je een gevoel van macht. Het komt tegemoet aan onze primitieve maar in ieder aanwezige territoriumdrang (“dat stukje asfalt is van mij”), en geeft je de illusie van een behaaglijke anonimiteit: in mijn cocon doe ik wat ik wil. Daarnaast identificeren mensen zich met hun auto, ze zeggen: “Ik sta daar” en niet “Mijn auto staat daar.”’ Klopt helemaal, bevestigt Peter (44), coördinator bij een uitgeverij. Los daarvan houdt hij ook gewoon van snelheid en techniek: hij kijkt graag naar tv-programma’s over de laatste nieuwe technologische snufjes en kan oprecht bewondering hebben voor een mooi design en de vooruitstrevende technologie van een wagen.
Redenen genoeg dus om van ons karretje te houden. En toch, op vlak van mobiliteit bevinden we ons vandaag op een kruispunt van mogelijkheden en verwachtingen. Enerzijds zijn er de technologische vernieuwingen en de mogelijkheden om op andere manieren mobiel te zijn. Anderzijds groeit ons ecologisch bewustzijn met zienderogen: fossiele brandstoffen raken op én zijn vervuilend. Tijd voor iets nieuws, dus. En dat ‘nieuws’ toont zich in heel wat vormen. Zowel voor lange als voor korte afstanden schieten de verschillende vervoersmodi – zoals de combinatie van die vervoersmiddelen – als paddenstoelen uit de grond, die zowel praktisch als duurzaam zijn. In verband met dat laatste is de opkomst van de hybride en elektrische auto niet meer te stuiten. ‘Langzamerhand worden elektrische auto’s niet langer gezien als loser-auto’s of niet echt volwassen auto’s. Dat is heel lang zo geweest omdat de capaciteit van de accu vrij laag ligt’, zegt Gerard Tertoolen. ‘Tesla heeft een belangrijke rol gespeeld in deze evolutie. Elon Musk is erin geslaagd om een ‘schone’ auto te maken waar iedereen van gaat kwijlen. Dat heeft veel veranderd aan het imago van de elektrische auto.’
Hoe zit dat precies met die hybride auto’s? >>>