Zelfanalyse: ik kan mijn gevoelens niet verwoorden
Tekst Siska Verstraete – Illustratie Éric Giriat
‘Ik weet niet hoe romanschrijvers het doen: pagina’s lang de emoties van hun personages beschrijven’, zucht Ramon (36). ‘Voor mij is dat iets compleet onbegrijpelijks. Ik heb het vaak al moeilijk om mijn eigen gevoelens te verwoorden. Onlangs heb ik trouwens ontdekt dat daar een term voor bestaat: alexithymie. Het deed me deugd om te beseffen dat ik niet de enige ben met het probleem.’ Alexithymie, afgeleid van het Grieks: ‘a’ (niet), ‘lexis’ (woord) en ‘thymos’ (‘gemoed’), is een vrij recent begrip. De term dook voor het eerst op in het begin van de jaren zeventig. ‘Over alexithymie is nog heel weinig bekend’, zegt psychiater Hein de Haan. ‘Mensen met die persoonlijkheidstrek kunnen hun gevoelens niet goed onder woorden brengen. Ze hebben vaak wel emoties, alleen herkennen ze die niet. Meestal hebben ze ook weinig verbeeldingskracht en zijn ze niet geneigd tot introspectie.’ Zo’n 5 tot 12 % van de bevolking vertoont kenmerken van gevoelsblindheid, zoals de persoonlijkheidstrek ook genoemd wordt. Wat precies aan de basis ligt van alexithymie is nog niet helemaal duidelijk. Hein de Haan: ‘Er lijkt een link te zijn met erfelijke factoren, afwijkingen in de hersenen en ontwikkelingsproblemen, maar een echt causaal verband valt moeilijk aan te tonen. Soms wordt ook gesproken van een vaste en een tijdelijke variant. Die laatste kan ook door stresserende situaties en trauma’s worden uitgelokt. Maar voor een aantal mensen is alexithymie een persoonlijkheidskenmerk dat ze heel hun leven zullen behouden. Voor hen zit er weinig anders op dan dat te aanvaarden.’
Nutteloze emoties – De wortels van alexithymie zijn vaak al in de vroege kindertijd te vinden, stelt psychoanalyticus Maurice Corcos. ‘De eerste emoties van een baby worden geïnterpreteerd door de moeder. Zij is het die de gevoelens zin geeft, ze onder woorden brengt (‘Je zal wel honger hebben’, ‘Beng je bang?’, ‘Niet boos zijn!’) en erop inspeelt door wat ze doet, hoe ze kijkt.’ Als baby’s echter geen of onvoldoende respons krijgen, kunnen ze concluderen dat hun emoties geen functie hebben. Als volwassene zullen ze er dan ook weinig aandacht aan besteden of er niet graag over praten.
Sign of the times – Volgens psychologe Els Vanthuyne is gevoelsarmoede vandaag een algemeen maatschappelijk probleem. ‘De meeste mensen, en dan vooral de generaties voor ons die nog sterker onder invloed stonden van het katholicisme met zijn ideologie van schuld en boete, zijn heel erg gefocust op werken, op logica, op alles wat met het hoofd te maken heeft. Maar stilaan zijn we aan het evolueren en beginnen we rekening te houden met onze passie, met wat we écht willen, met zingeving. Eigenlijk staan we allemaal voor de uitdaging om te ‘‘zakken’’ en in ons lichaam te gaan leven. Alleen is die uitdaging bij mensen met alexithymie nog iets uitgesprokener.’
Vluchten voor pijn – Afgesneden zijn van je gevoel kan ook het gevolg zijn van een vlucht. ‘Maak je als kind of later als volwassene situaties mee die fysiek of mentaal heel pijnlijk zijn – constant gekleineerd of mishandeld worden bijvoorbeeld – dan kan je op een bepaald moment besluiten om in je hoofd te gaan wonen zodat je minder voelt’, zegt Els Vanthuyne. ‘Je hoeft zelfs geen persoonlijk trauma te hebben meegemaakt. Opgroeien in een onaangename sfeer, in een gezin waarin permanent ruzie wordt gemaakt bijvoorbeeld, of bij een moeder die een kind heeft verloren en niet in staat is om dat verdriet te verwerken, kan een kind doen besluiten om in zijn hoofd te leven.’
(…)
Lees hoe je het aanpakt in het aprilnummer van Psychologies.