Generatie keuzestress: hoe overleven zonder faalangst?
Natuurlijk bepaalt een studiekeuze niet de rest van je leven, maar de druk is er wel. Je moet in één keer goed kiezen, anders faal je en dat kost veel geld. Er spelen enorm veel negatieve gevoelens rond die studiekeuze terwijl het een moment van ontwikkeling en zelfontplooiing zou kunnen zijn. Ik pleit dan ook voor een vak loopbaanoriëntatie waarin je ontdekt waar je talenten liggen, ook buiten het cognitieve om, en waarin je experimenteert met wat je interessant vindt en waar je blij van wordt.’
Is een jobkeuze maken even zwaar?
RS: ‘Vaak weten we dan al beter wat we willen. Toch hebben we schrik om de foute baan te kiezen en ons rot te voelen omdat de job de verwachtingen niet inlost. We moeten echter beseffen dat een negatieve ervaring helpt om te ontdekken wat we wel en niet willen doen. Dan kunnen we daar rekening mee houden bij een volgende keuze. Als onze ouders in een rotjob belandden, zetten ze heel vaak toch door. Het idee heerste dat je afmaakte waaraan je begonnen was en dat je niet moest zeuren. Nu is er veel meer aandacht voor plezier hebben in wat je doet en moet je je passie vinden.’
Als een studie- en een jobkeuze al zo moeilijk zijn, hoe zit het dan met de partnerkeuze?
RS: ‘We stellen heel hoge eisen en zijn huiverig om ons te binden. We vinden iemand wel leuk genoeg om het bed te delen of om te daten maar vinden het moeilijk om de keuze definitief te maken. Datingapps als Tinder zorgen er bovendien voor dat je op je wenken bediend wordt. We zijn het gewend dat alles snel wordt aangeleverd. Je belt naar de lokale Chinees en over een uur heb je je eten. Met de datingapps gaat het net zo.’
Zijn keuzes minder gefundeerd als het allemaal zo snel moet gaan?
RS: ‘We kiezen inderdaad op een heel andere manier dan vroeger. Maar je hebt nog altijd mensen die het hele internet afschuimen naar dat ene perfecte restaurantje, in de hipste stad, tijdens die perfecte vakantie met die ene levenspartner van hun dromen. Dit soort mensen, door Barry Schwartz in The Paradox of Choice ‘maximizers’ genoemd, kunnen heel lang bezig zijn met zoeken omdat er zo veel mogelijkheden en informatie voorhanden zijn. Maar niet iedereen wil naar zes opendeurdagen om zijn studierichting te kiezen. Sommigen raken er door gedemotiveerd en laten het er maar bij. Ik herken dat gevoel perfect. Vroeger was ik veel meer een ‘maximizer’. Nu ben ik sneller tevreden en mag ik dat ook van mezelf. Dat heeft te maken met zacht kunnen zijn voor jezelf.’