Maak een einde aan de drukte, zegt bedrijfspsycholoog Tony Crabbe, maar daar is filosoof Ignaas Devisch het niet zomaar mee eens. Hij maakt een belangrijk onderscheid tussen onrust en rusteloosheid, een gegeven dat juist positieve drive geeft. ‘Ik kan hard gaan en daar volledig van genieten.’

Tekst Sigyn Elst

Icone citation

Het tegengewicht voor drukte lijkt me niet minderen, maar juist meer dingen doen waarin je jezelf opnieuw herkent.

We werken minder dan vroeger, maar hebben het nog nooit zo druk gehad. We hebben meer vrije tijd, maar slapen minder. Terwijl we klagen over drukte en een dreigende burn-out, plannen we onze dagen vol. Een probleem van deze tijd? Niet volgens Ignaas Devisch. De Gentse filosoof schrijft in zijn boek Rusteloosheid – Een pleidooi voor een mateloos leven, dat de mens al eeuwenlang een uitweg zoekt voor een probleem dat hij zelf creëert: een te vol bestaan. ‘We lijken er maar moeilijk in te slagen om niets te doen en tegelijk klagen we over de drukte van het dagelijkse bestaan’, zegt Devisch in zijn kantoor op de campus van het Universitair Ziekenhuis Gent, waar hij als ethicus het maatschappelijk kader van vraagstukken in de medische wereld mag helpen duiden. In weerwil van de verschillende pleidooien die we vandaag horen om te vertragen, houdt hij er net eentje om toch vooral rusteloos te blijven. ‘Als je kijkt hoeveel mensen onwaarschijnlijk veel plezier beleven aan een hobby, dan vraag ik me af wat het probleem eigenlijk is. Het tegengewicht voor drukte lijkt me niet minderen, maar juist meer dingen doen waarin je jezelf opnieuw herkent. Dat mis ik echt in het debat rond druk en de toename van burn-outs. Het gaat telkens nogal eenduidig over het feit dat we langzamer moeten gaan en de dingen meer in balans moeten krijgen. Alles wat te maken heeft met de drive in het leven, komt nauwelijks in dat debat voor.’

Daarom hou jij een pleidooi voor een mateloos leven, eerder dan eentje in evenwicht?

Ignaas Devisch: ‘Waarom zou een goed leven, een leven in evenwicht zijn? Soms heb ik het gevoel dat ik me bijna moet excuseren omdat ik een druk bestaan heb, en ik daar toch gelukkig mee ben. Natuurlijk moet je soms wel eens even bekomen na een periode van enorme drukte, maar dat vind ik iets anders dan zeggen dat de enige mogelijke ontsnapping aan onrust en burn-out horizontale rust is. Punt van mijn analyse is dat we eigenlijk nooit in evenwicht zijn geweest maar we nu denken dat we dat moeten zijn. Ik zie ook in de lectuur dat het thema veel ouder is dan we soms denken. Eeuwen geleden waren denkers zoals Blaise Pascal al met het spanningsveld tussen drukte en verveling bezig. Nu gaan we massaal op zoek naar balans. Tegelijk zie ik rond mij zoveel mensen druk, druk, druk zijn. Ik vraag hen dan soms plagend: waarom doe je het allemaal? Dan voel je het ongemak groeien. De meesten geven dan aan: tja, we hebben het geld nodig natuurlijk. Dan vraag ik door wat precies het probleem is. Zo hoor je veel frustratie over het feit dat mensen het zich ooit anders hadden voorgesteld. Ook onzekerheid over het feit dat ze al heel lang, heel hard werken, maar niet meer zeker zijn of het resultaat daarvan hen wel bevredigt. Daarin zag ik een redelijk grote constante: mensen vinden het eigenlijk niet erg om druk bezig te zijn, maar wat ze doen blokkeert hen in hun creativiteit. Denk je dat balans hun leven beter zou maken? Ik heb geen sluitend antwoord daarop, maar ik vind het wel nuttig om de vraag eens terug te kaatsen: zijn de momenten waarop je je gelukkig voelt enkel de momenten dat je helemaal in evenwicht bent? Of zijn dat ook de momenten waarin je je helemaal in iets kan verliezen?’

Hoe is dat voor jou?

ID: ‘Ik heb momenten waarop ik weet dat wat ik doe misschien wat overdreven is, en ik dus helemaal niet in balans ben, maar waar ik achteraf wel het gevoel van heb dat ze het leven de moeite hebben gemaakt. Sinds de publicatie van Rusteloosheid heb ik veel reacties gekregen van lezers die me iets schreven in de zin van: “eigenlijk kan ik die cursus mindfulness dus gewoon aan de kant schuiven”. Ook opvallend was dat mensen me zeiden: “oef, ik heb weer het gevoel dat ik mag leven”. Ik heb helemaal niks tegen yoga of mindfulness op zich, maar we moeten wel beseffen dat het ook maar gewoon een hype is, iets wat je wordt aangepraat maar waar je jezelf kritisch moet blijven afvragen of we er echt wel beter van worden. Het is ook allemaal behoorlijk prijzig en je wordt in een marktlogica en een hele wellnessindustrie meegetrokken. Elk product prijst zichzelf niet aan omwille van het product zelf maar omwille van het geluk of de rust die je ermee kan kopen.’

Heb je zelf geen nood aan iets wat je rust kan brengen?

ID: ‘Jawel en ik verwen mezelf ook graag eens. Maar de manier waarop het ons wordt aangepraat, daar heb ik gewoon twijfels bij. Sterker nog: volgens mij jaagt ook de zoektocht naar een leven in balans ons vooruit, omdat we naast onze dagtaak en de kinderen ook nog eens die cursus yoga of zelfontplooiing moeten volgen. Ik ben zelf een langeafstandsloper en ook in die wereld hoor ik vaak het woord “moeten” vallen. Ik moét die of die marathon ooit lopen. Daar zijn de challenges, de targets weer. Ze doen maar, hoor. Maar als we ons afvragen waarom de druk zo hoog is, zijn het wel zaken waarnaar we moeten kijken. Als we onze vrije tijd ook beladen met doelstellingen, is er geen compensatie meer. Hoe ikzelf compenseer? Eigenlijk vooral door heel gewone en routinematige dingen te doen. Thuiskomen, de ijskast induiken, koken, samen aan tafel zitten en eten bijvoorbeeld.’

De cijfers over toenemende depressies kunnen jou ook niet ontgaan. Je gelooft niet dat dat te maken heeft met het hoge levenstempo?

ID: ‘Veeleer heeft het te maken met het feit dat we te vaak niet bezig zijn met wat ons gelukkig maakt, en ook met fragmentatie, het feit dat we heel veel dingen tegelijk moeten doen. Dat is ontzettend vermoeiend. Mensen voelen zich vaak opgejaagd als ze zich een hele dag met van alles moeten bezighouden en niet de tijd krijgen om op iets te focussen. Als er een kloof is tussen jou en de activiteiten die je moet doen, loert depressie om de hoek. Ik heb ook momenten van twijfel gekend. De job die ik doe vraagt veel, en het is nooit genoeg. Je moet kunnen omgaan met de druk van de lat die telkens maar hoger wordt gelegd. In mijn geval is dat almaar meer moeten publiceren, meer geld binnenhalen en elkaar plat concurreren. Als er één job is waarin mijn persoonlijkheid niet past, dan is het deze. Maar inhoudelijk is het allemaal heel uitdagend. En omdat we ook moeten meehollen in de logica van steeds meer en steeds sneller, heb ik leren inzien dat ik dan maar zelf grenzen moet stellen. Sinds ik het zo benader, sinds ik meer bewust kies voor een aantal aspecten van mijn job en andere dingen laat passeren, is er iets veranderd. Dat was een belangrijke reflex: als je niet zelf keuzes maakt, zal niemand dat in je plaats doen. Er is geen enkele structuur die je afremt. De meeste structuren zijn ingesteld op sneller en meer. Mensen zeggen: ik heb je gisteren een mail gestuurd en je hebt nog niet gereageerd. Hoe meer je daarin meegaat, hoe meer er op den duur van je verwacht wordt. Je bent zelf echt de enige die dan grenzen moet stellen, tot hier en niet verder. Het betekent niet dat ik minder hard werk, integendeel. Wel dat ik mij inhoudelijk meer vrij voel.’

Heeft die benadering ook een prijs?

ID: ‘Dat wel, ja. Ik had misschien een heel ander soort carrière kunnen uitbouwen als ik enkel maar op onderzoek was gefocust of in beleidsstructuren was gestapt waar veel vergaderd moet worden. Ik heb ervoor gekozen om dat niet te doen.’

Niet iedereen heeft de luxe om te kunnen kiezen, niet elke baan laat zoveel persoonlijke keuzevrijheid toe.

ID: ‘Ik weet dat ik vanuit een comfortabele positie spreek en dat niet alle jobs zich daartoe lenen. Als creativiteit en passie niet in de job ingebouwd kunnen worden, is het belangrijk om er daarnaast tijd voor vrij te maken.’

Je breekt een lans voor de vlucht vooruit, want dat is de voorwaarde voor passie en creativiteit.

ID: ‘Een leven waar minderen de norm is, waarin je je niet moet afvragen welke uitnodiging je zal aannemen en waarin je jezelf niet afvraagt waar je binnen tien jaar wilt staan, zou toch behoorlijk zoutloos zijn, niet? Het elan, de vlucht vooruit en rusteloosheid zijn mooi. Neem je dat weg, dan ga je je volgens mij net afvragen waarom je nog moeite zou doen.’

Welke positieve aspecten zijn volgens jou verbonden met rusteloosheid?

ID: ‘Rusteloosheid is datgene wat ons voortstuwt. De drive die heel veel van je vraagt, maar waar je tegelijk ook veel uithaalt. Het is wat de schilder, de muzikant en de sporter duizend keer opnieuw doet beginnen om er toch te geraken. Als we dat allemaal aan de kant zouden schuiven, wat stelt het leven dan nog voor? Rusteloosheid is voor mij een heel positief aspect van het leven. Het doet je soms wel eens over je grenzen gaan, dat is waar, maar kan je je de creatie van De Schreeuw van Munch voorstellen door iemand die ambtenaargewijs zijn leven vorm wil geven? Pas op, ik besef ook dat niet elk type mens rusteloosheid nodig heeft. Het is zeker geen plicht, ik wil enkel een pleidooi houden voor de positieve aspecten die ermee verbonden zijn. Uit schrik dat we die zouden vergeten of ze in de zoektocht naar balans aan de kant zouden schuiven omdat we denken dat ze alleen maar tot ellende leiden.’

We kunnen alles als we het willen, maar juist daarom loopt het bestaan vaak uit op onzekerheid en twijfel, want het is nooit genoeg, wist Nietzsche al. Schuilt daarin geen valkuil?

ID: ‘Ik herken mezelf in die gedachte en ik denk wel meer mensen met mij. We beseffen dat we maar één leven hebben en willen er alles uithalen. Als dat echter omslaat in jezelf verplichtingen opleggen en lijstjes moéten afwerken, dan wordt rusteloosheid weer eerder onrust, en dat vind ik een negatieve term. Dat beschrijft alles wat te maken heeft met de druk van de maatschappij op het individu, het gebrek aan balans tussen werk en privé. Natuurlijk ken ik dat zelf ook. Ik blik dan terug en zie waar ik me heb vergaloppeerd of waar ik tegen een muur ben aangelopen. Na een tijd weet je dat bepaalde muren zullen blijven staan, en weet je welke keuzes je moet maken om er niet meer tegenaan te botsen. Iedereen probeert wel eens om het allemaal tegelijk te hebben. Maar je kan niet overmatig veel tijd besteden aan je job én je kinderen tot fantastische mensen opvoeden én ook zelf nog een grote persoonlijkheid zijn. Dat lukt gewoon niet.’

Als je zo’n onbehaaglijk gevoel hebt, wat raad je dan aan?

ID: ‘Als de dingen niet meer lopen probeer je het best met een andere blik ernaar te kijken. Stel jezelf de vraag hoe het komt dat iets zo is gelopen. Ben jij degene geweest die die keuzes gemaakt heeft of heb je je bepaalde keuzes laten opdringen? Is dit het leven waarmee je verder wilt gaan? Ligt daar de drive in je leven en herken je jezelf daar nog in? Probeer met die vragen aan de slag te gaan.’

Zitten we dan eigenlijk niet gewoon terug bij de zoektocht naar balans? Uiteindelijk komt het toch neer op het zoeken naar evenwicht tussen rust en drukte?

ID: ‘Juist, maar een evenwicht hoeft niet per se te betekenen dat je eerst heel veel doet en daarna heel weinig. Evenwicht kan ook zijn dat de verschillende zaken die je doet elkaar gaan compenseren en dat hoeft niet te impliceren dat je daarom veel minder gaat doen.’

Zelfs niet in de zomer? Toch een moment waarop veel mensen wat meer slow down toelaten.

ID: ‘Ja, al zal je mij niet snel tien dagen aan een zwembad zien liggen. Maar toegegeven, ik heb me voorgenomen om voor het eerst in jaren nog eens een echte vakantie te nemen. Ik ga veel lezen, ik wil veel tijd met mijn kinderen doorbrengen in een rustige omgeving en in de nabijheid van water om te zwemmen. Ik sport graag, ik kook graag, dus dat zullen zowat de dingen zijn waar ik me mee zal bezighouden.’

Ga je graag op vakantie?

ID: ‘In een andere omgeving kan ik heel erg tot rust komen. Ik vind het vooral zalig om mijn hele dagschema in eigen handen te hebben. Opstaan wanneer je wil, geen structuur moeten volgen. Natuurlijk heb ik dat ook nodig, zo nu en dan. Maar ik ben iemand die er niet enkel maar van geniet op het moment zelf. Ook de weken en maanden die aan een vakantie voorafgaan, kan ik hard gaan en tegelijk al genieten van het vooruitzicht op een mooie zomertijd.’

Lees meer over tijdsdruk en rusteloosheid: de visie van bedrijfspsycholoog Tony Crabbe