Karin vertelt: ‘Ik respecteer mijn man, maar heb toch een affaire’
Karin (50) houdt al meer dan dertig jaar zielsveel van haar partner Marc. Wat haar niet belet om er een geheime minnaar op na te houden die haar het gevoel geeft helemaal in balans te zijn.
Tekst Valérie Péronnet
Elke maand onthult een lezer zijn of haar uitzonderlijk verhaal aan Psychologies. Deze maand is het de beurt aan Karin (50), die gelukkig getrouwd is maar er toch een minnaar op na houdt.
Met die man wou ik oud worden. Maar kan je wel je hele leven van één iemand houden? Toen al stelde ik me die vraag. Ik hield van hem, maar ook van avontuur, van seks, van adrenaline, van andere lichamen ontdekken …
Waarom zou het ene het andere moeten uitsluiten, vroeg ik me af. Ik had in feite een dubbelleven, tot Marc op een dag alles ontdekte. Een verschrikkelijke periode. Het deed hem enorm veel pijn, en ik zag hem intussen zo graag dat ik onze relatie niet op het spel wou stellen. Ik besloot dat er een einde moest komen aan mijn avontuurtjes – ze hadden toch niks om het lijf.
Toen de storm was gaan liggen leek ons leven heel eenvoudig: alles liep als vanzelf tussen ons. We gingen samenwonen, zonder ons vragen te stellen over wat dat engagement juist inhield. We zijn allebei heel gemakkelijke mensen, we aanvaarden de manier waarop de ander functioneert. Ik ben ervan overtuigd dat zo’n relatie goed kan werken als de twee partners vinden wat ze zoeken bij elkaar, zelfs al is dat voor beiden iets anders.
Zo is het ook tussen Marc en mij: we hebben een mooi evenwicht gevonden. Hij zou dat zeker niet zo omschrijven, maar we hebben het fijn samen, van in het begin al. We kregen drie kinderen, kochten een huis en hadden het druk met ons gezin en onze vrienden. Als ik een man tegenkwam die mijn hoofd wat op hol bracht dan liep ik gewoon door.
Tot ik Gilles leerde kennen, in het jaar dat ik dertig werd. We werden vrienden. Heel lang – drie of vier jaar – hebben we ons verzet tegen het verlangen dat ons naar elkaar toe dreef maar uiteindelijk zijn we gezwicht.
Onze partners en kinderen kenden elkaar en we hadden allebei een goede relatie, maar wat we voor elkaar voelden was zo sterk en zo intens … Zo verboden ook: noch hij noch ik wilde ons gezinsleven in gevaar brengen. Los van de angst dat we betrapt zouden worden en heel onze wereld op zijn kop zou komen te staan voelde ik me goed bij de situatie.
Ik heb nooit de indruk gehad dat ik Marc tekortdeed. Wat ik voor Gilles voelde had niks te maken met de liefde tussen Marc en mij. Marc was heel dikwijls weg voor zijn werk. Het zou niks voor mij zijn om heel mijn leven in functie van het zijne te organiseren, in functie van zijn aan- of afwezigheid. Ik wou niet dagen en dagen moeten wachten tot hij eindelijk – meestal afgepeigerd – thuiskwam.
Het heeft me tijd gekost om mijn schuldgevoel te overwinnen maar eigenlijk denk ik dat mijn keuze de juiste was. Dankzij mijn verhouding met Gilles kon ik volledig mezelf zijn en heel intense momenten beleven – zonder dat ik Marc tekortdeed. Ik stelde wel drie voorwaarden: dat er op geen enkele manier iets van onze affaire zou uitlekken naar ons gezinsleven, dat Marc altijd op de eerste plaats zou komen – wat er ook gebeurde en zonder enige uitzondering – en dat Marc niet zou afzien van onze affaire.
Hoe sterk mijn gevoelens voor Gilles ook waren, Marc kreeg voorrang. Als hij erachter zou komen dat ik een affaire had zou hij niet gewoon jaloers maar helemaal kapot zijn. Zo hebben we het tien jaar volgehouden. Het lijkt waarschijnlijk vreemd dat ik dat durf te zeggen maar eigenlijk ben ik heel trouw. Ik was – afgezien dan van een paar bange momenten – gelukkig, bloeide open en was dus ook in staat om Marc gelukkig te maken.
Maar langzaamaan raakten we ons evenwicht kwijt. Gilles kreeg het gaandeweg lastiger met het feit dat alles stiekem moest gebeuren. Hij begon risico’s te nemen, kreeg het moeilijk met onze relatie. Ik heb toen besloten om er een punt achter te zetten. Zo’n regeling is alleen houdbaar als niemand eronder lijdt. We hadden er allebei enorm veel verdriet om, en Gilles heeft het me heel kwalijk genomen. Hij is nog altijd boos, denk ik, ook al ben ik ervan overtuigd dat we elkaar altijd graag zullen zien.
‘Ik respecteer Marc enorm. Hem niks laten merken van mijn affaire is de beste manier om hem te beschermen’
Na de breuk was ik ergens ook opgelucht. Het is uitputtend om altijd op je hoede te zijn en altijd bang te zijn om betrapt te worden. Ik nam me voor om nooit meer in zo’n ingewikkelde situatie terecht te komen met iemand die Marc ook kent en die deel uitmaakt van ons gezamenlijke leven. In die periode heb ik eindelijk ja gezegd op het huwelijksaanzoek dat Marc me elk jaar deed sinds we elkaar kenden.
Ik denk dat hij altijd schrik heeft gehad dat ik zou weggaan, en ik heb toegestemd om te trouwen zodat hij zich wat geruster zou voelen. Voor mij was het al heel lang duidelijk, en nu begint ook Marc het te beseffen: we worden samen oud. Marc is mijn eerste liefde. Mijn grote liefde. Voor hem is vertrouwen gebaseerd op openheid: de twee of drie keren dat hij vlinders voelde voor een andere vrouw wist ik het al voor hij het zelf besefte. Ik was daar niet gelukkig mee natuurlijk, maar waar ik het het moeilijkst mee had was dat hij het zo slecht kon verbergen voor mij.
Voor hem is het ondenkbaar dat een dergelijke situatie geen dilemma inhoudt. Ik begrijp dat het je kan overkomen. Ik denk niet dat ik mijn hele leven alleen maar voor en door één iemand zou kunnen leven. Ik heb niet genoeg aan mezelf, en ook al zijn we samen altijd al heel gelukkig geweest op alle vlakken – ook op seksueel gebied – toch denk ik dat noch Marc noch iemand anders me helemaal kan vervullen. Ik heb die andere dingen ook nodig.
Voor mij gaat vertrouwen niet samen met openheid maar met respect. Ik respecteer Marc enorm. Hem niks laten merken van mijn affaire is de beste manier om hem te beschermen. Ik speld hem niks op de mouw. Ik vertel hem niet alles maar ik vertel nooit leugens om mezelf een alibi te verschaffen, en ik zal nooit tijd afsnoepen van de momenten die we gereserveerd hebben voor ons twee.
Drie jaar nadat ik gebroken had met Gilles ontmoette ik Luc. Ik heb weerstand geboden tot ik voelde dat wat ons tot elkaar aantrok heel intens was, zonder goed te weten wat het precies was. Sinds bijna vier jaar zien we elkaar regelmatig, en met hem kan ik perfect doen waar ik zin in heb en waar ik nood aan heb – dingen waarvoor ik bij Marc niet terechtkan.
Mijn gevoelens voor de ene doen geen afbreuk aan mijn liefde voor de ander. Integendeel: het maakt mijn liefde juist groter, het gooit alles open, maakt onze relaties rijker. Luc en ik, we zitten in een soort luchtbel van vrijheid waar ik mijn eigen ervaringen beleef. Die momenten zijn helemaal van mij, lijken buiten de tijd te staan. Ik ben dan niet langer de vrouw van Marc, de moeder van onze kinderen, de vriendin van onze vrienden, de buurvrouw van onze buren. Ik vergeet wie ik ben, alsof ik alleen op de wereld ben, alsof ik gewoonweg mezelf kan zijn – maar dan in een betere versie.
In de tijd die we samen doorbrengen zijn we er volledig voor elkaar, daarna keren we elk terug naar ons eigen leven. We delen een intimiteit die heel vanzelfsprekend is, zonder verplichtingen. Bij hem kan alles wat in het gewone leven niet kan: passie, eerlijkheid, elkaar volledig opeisen. Ik kan kleine stukjes van mezelf, die altijd diep begraven hebben gezeten en die geen plek hebben in mijn andere leven, terug naar boven laten komen zonder ze te moeten verdringen. Wanneer ik Luc zie, soms maar om een uurtje in zijn armen te slapen, ben ik helemaal in tune met mezelf.
Het is zeldzaam om iemand te ontmoeten die je zo’n gevoel van vrijheid heeft. Zo zeldzaam dat ik het recht niet heb om hem links te laten liggen. Het zou zonde zijn om zo’n ervaring niet te beleven.’