Veerkracht is het nieuwe codewoord geworden. Het blijkt steeds duidelijker dat we die eigenschap nodig hebben, willen we aan de vele uitdagingen van het leven het hoofd kunnen bieden. Maar hoe veerkrachtig kan je worden, en is daarmee het verhaal verteld? Moet ook niet collectief de draaglast verminderd worden? En hoe kunnen we elkaar helpen, zodat veerkracht geen individueel verhaal blijft?

Tekst: Anne Wislez – Beeld: Shutterstock

Icone citation

‘Het is niet zo dat we de veerkracht van mensen eindeloos kunnen versterken. Ook al scoor je hoog op de veerkrachtschaal, als je niet oplet, komt de rekening vroeg of laat toch’ – Michael Portzky, neuropsycholoog

Kop op. Bijt op je tanden. Sterkte!Sterk moeten zijn op momenten waarin we ons verzwakt voelen, het is een boodschap die velen van ons al vaak hebben gehoord. Vooral mannen worden ermee grootgebracht. In staat zijn om de lasten die het leven je oplegt te dragen zonder eraan onderdoor te gaan is een kwaliteit die hoog wordt ingeschat. Niet alleen moreel, als levenshouding, maar ook statistisch blijkt het vermogen om met tegenslag om te gaan effectief een niet te onderschatten kwaliteit die erg bepalend is voor de rest van je leven. Onderzoeken laten steeds vaker het verband zien tussen je veerkracht en je vermogen om gelukkig en succesvol te zijn in je leven. Geen wonder dat tegenwoordig heel wat boeken rond dat thema worden uitgegeven. Ook in wetenschappelijke tijdschriften is het een hot topic.

Natuurlijk houdt weerbaarheid veel meer in dan het clichématige ‘op je tanden kunnen bijten’. Want juist een schouder opzoeken of je verdriet kunnen uiten in plaats van je hardnekkig te vermannen ‘omdat het zo hoort’, kan een gezonde uiting van veerkracht zijn. ‘Weerbaarheid gaat in feite om de balans tussen draagkracht en draaglast, het vermogen om via bepaalde copingmechanismes om te gaan met de uitdagingen van het leven’, zegt arts en mindfulness-expert David Dewulf, die met zijn laatste boek De weg van zelfcompassieboeiende inzichten brengt rond veerkrachtig in het leven staan. ‘Tegenwoordig spreken we minder over weerstand, maar over veerkracht: de mate waarin je kan terugveren als je een duw krijgt van het leven.’

En die duw krijgen we allemaal, in kleine en grote dingen. Van de afwijzingen door vriendjes op school of buizen op ons rapport, tot de scheiding van onze ouders, het niet kunnen aangaan van een goede relatie, fysieke tekortkomingen, hoge verwachtingen op het werk, noem maar op. Het leven is niet altijd een rozentuin en de schrammen die we onderweg oplopen, kunnen ons een tijdje uit balans brengen. Maar ons lichaam heeft een psychisch en fysiek helingvermogen dat bedoeld is om ons er weer bovenop te helpen. Alleen is die veerkracht niet bij iedereen even groot. Komen daarbij heel eigentijdse uitdagingen die te maken hebben met de snelheid waarmee we in het digitale tijdperk zijn gaan leven, die – vaak dagelijks – stress toevoegen. ‘Mensen kunnen niet meer volgen’, zegt Dewulf. ‘Ik hoor vaak dat mensen hun veerkracht willen verhogen om toch maar mee te kunnen in een samenleving die absurd snel gaat.’

Hoe blijven we weerbaar? Nuttig tips >>>

Hoe versterk je je veerkracht?

  • Zorg voor een gezonde levensstijl: geef aandacht aan je voeding, neem je slaappatronen onder de loep, bouw voldoende beweging in in je leven. Als je fysiek goed voor jezelf zorgt, ondersteun je het biologisch herstelmechanisme van je lichaam en psyche.
  • Leer je grenzen onderscheiden: vaak zijn we ons niet bewust van onze grenzen, beperkingen, noden. Je kan deze leren onderscheiden en aanvaarden met behulp van een psycholoog of therapeut, maar ook ontdekken tijdens workshops yoga, HSP-trainingen, cursussen zelfontwikkeling …
  • Omring je door mensen die ondersteunend, mild en gezond kritisch voor je zijn. Is je vriendenkring klein, ga dan na hoe je die kan verbreden. Volg workshops die je leuk vindt en knoop aan met gelijkgestemden. Zoek real life mensen op in plaats van online. Investeer tijd in minstens één persoon binnen je (bredere) familie met wie je het goed kan vinden.
  • Check welke positieve activiteiten je energie geven: sporten, koken, tuinieren, vrijwilligerswerk, naar de sauna of de film … Plan ze vaker in je agenda. En hou je aan je afspraak met jezelf. Deze zijn onderdeel van de zogenaamde positieve palliatieve activiteiten.
  • Breng je eigen escapisme in kaart: ga na waar je makkelijk naar grijpt wanneer je je wat minder, gestrest of moe voelt. Een glaasje wijn? Drie uur surfen op het internet? Een pornofilmpje? Veroordeel je niet, maar weet dat deze gerekend worden onder de negatieve palliatieve activiteiten, die eerder destructief dan opbouwend voor je zijn. Probeer als je je weer neigt naar zo’n activiteit eens iets anders te doen: een wandeling, een goed boek lezen, een afspraakje maken met een leuke vriend(in).
  • Train je brein, zodat je veerkracht gestimuleerd wordt. Dat kan al met eenvoudige oefeningen.
  • Druk op tijd op de alarmbel. Merk je fysieke klachten, heb je minder energie om de dingen te doen die je gewoonlijk deed, word je lusteloos … roep jezelf dan tijdig halt toe en zoek hulp. Je kan je veerkracht makkelijker en sneller versterken als het 5 voor 12 is, dan op 5 na 12.
  • Durf aspecten van je leven die je ondermijnen onder ogen te zien (werk, partners, mensen, situaties …)Vraag je eerlijk af of je over één, twee, vijf, tien jaar nog in deze situatie wil zitten die je geen deugd doet. Liever niet? Zoek dan hulp om je te helpen actief iets te veranderen aan je leven. Dat kan soms iets kleins zijn, met toch een groot verschil.
  • Doe actief iets aan je piekergedrag: zoek hulp om datgene te vinden wat echt werkt voor jou. De één is werkelijk geholpen met mindfulness, de ander heeft veel meer baat aan een uurtje kickboksen of een wedstrijdje vogelpik onder vrienden. Iedereen is anders. Zoek wat voor jou werkt.
  • Test je eigen veerkracht op fitinjehoofd.be en laat je adviseren om die punten aan te pakken die je weerbaarheid zouden kunnen verhogen.

Lees meer over veerkracht in ons dossier in de nieuwe Psychologies (25 p.), op 21 september 2018 in de winkel.